80 15 MAART 1951 dat men bezig is de Nationale feestdag te doen vervallen en dit heus ook niet uit weelde. Het is naar mijn mening niet verantwoord in deze tijd, nu er geen geiden zijn voor huizenbouw en diverse andere noodzakelijke aangelegenheden, om wel 211.610.voor het Valkenberg, 17.000.voor het Openluchttheater en 60.000.- voor een garantiefonds, totaal 288.610.uit te geven. Nog niet sprekende over de lening van 300.000.met als voor beeld Hamstad, Arnhem en Eindhoven voor ogen, terwijl Amster dam zich toch heus wel kan beroepen op tourisme. Dan is bij uw voorstel een lijstje van baten, ontvangsten welke geen enkele garantie hebben. Het is mogelijk, dat men aan derge lijke ontvangsten komt, toch is het voor deze tijd te vergaande om een dergelijke experiment te beginnen. Wij hebben vernomen dat her en der buurtcommissies worden gevormd en dat men daar vol goede moed is. Mijnheer de Voorzitter, dat vind ik fijn dat er een dergelijke spontaniteit en burgerzin is, maar bedenk dan dat de gelden welke daar worden verkregen persoonlijk eigendom zijn van de schenker of de gever maar dat de Raad hier over gelden v'an de gemeenschap zit te moederen en te vaderen. Ik ben van mening dat wij moeten voorgaan in deze tijd van versobering en eventueel de viering van het zevenhonderd jarig bestaan van de stad moeten uitstellen tot betere tijden. Men zal ons dat niet e.uvel duiden maar als een deugd aanmerken. Mijnheer de Voorzitter, ik moet u nogmaals zeggen dat ik per soonlijk niet de verantwoording durf nemen en ik zal ook dan tegen het voorstel stemmen. En ook wil ik tot slot zeggen dat de manier waarop dit geld wordt gevraagd mij niet erg aanstaat. Ik kan dat natuurlijk helemaal mis hebben maar voor mij was het duidelijker geweest wanneer de Stichting resoluut had gevraagd om 600.000.- en gelijktijdig daar haar plannen had bijgevoegd. De heer RATTINK vond het voorstel bij het lezen zo smakelijk opgediend, dat hij er zo in had willen happen. Toch kan hij voor het herstel van het Valkenberg niet 2 ton beschikbaar stellen. Spreker acht het park daarvoor niet zodanig verwaarloosd, ofschoon de paden wel in een betere toestand mogen verkeren dan thans het geval is. Wat zal er na de feesten van het park nog over zijn? Het is bovendien nu niet de tijd hiervoor 2 ton uit te geven. Zo wel de landsfinanciën als de gemeentefinaneiën verkeren in een précaire situatie. Daarbij komt nog, dat de levensstandaard steeds hoger wordt. De regeringsverklaring, die a.s. Zaterdag- wordt af gelegd, zal hard zijn. De gevraagde 2 ton dient men niet aan het Valkenberg te besteden, maar aan woningbouw. Dit standpunt neemt spreker niet in, omdat er nu feestelijkheden op touw gezet moeten worden; in andere gevallen zou hij ditzelfde standpunt handhaven. Het zal meer dan ooit zaak zijn, eik dubbeltje om te keren, alvorens het uit te geven. Da noodzaak en de mate van ur gentie dienen nagegaan te worden. Hetgeen spreker vanmiddag ge hoord heeft, betrof niet het 700-jarig bestaan der stad, doch was slechts propaganda. Zoiets was wel aardig in de zomer van 1950, maar nu niet. Spreker acht het dan ook gewenst het feest uit te stellen. Ten aanzien van het voorstel heeft hij 2' vragen: 1. in hoeverre denkt men van particuliere zijde in het garantie fonds deel te nemen? 2. indien de gevraagde credieten n.l. 2 ton voor het herstel van het Valkenberg, 4 ton voor de feestelijkheden en 60.000.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 132