82 15 MAART 1951 verbetering Valkenberg te moeten optellen waardoor dit bedrag wordt 229.064.79. Ik heb ten aanzien van dit eerste punt Valkenberg de indruk, dat dit bedrag maar apart genoemd is door de Stichting om het gehele bedrag niet te hoog te doen schijnen. Maar d'at neemt niet weg dat dit bedrag uit de gemeentelijke financiën gefourneerd dient te wor den. En daartegen heb ik onder de gegeven omstandigheden ernstig bezwaar. Het tweede punt, dat aan de orde is gesteld, is de credieten die gegeven dienen te worden om de feesten mogelijk te maken. Ik waardeer M. d. V. het vele verdienstelijke werk reeds door het be stuur der Stichting gedaan en zou eigenlijk ook niets liever willen, dan een groots opgezet feest in 1952 te maken. Ik zou zelfs nog bereid zijn geweest veel hogere bedragen te fourneren voor dit doel indien de gemeentelijke financiën dit toelieten. Liever 10 ton voor feesten dan grote bedragen aan de smerige bewapening te besteden. Maar de kaarten liggen helaas anders M. d. V. en zijn zelfs heel anders komen te liggen na het tijdstip dat besloten werd om een bedrag van 25.000.gulden voor de Stichting beschikbaar te stellen. Op de begroting Van de Stichting wil ik niet ingaan omdat dit allemaal in de lucht hangt en ik juist hedenmiddag van u de uitspraak heb vernomen M. d. V. dat het papier erg geduldig is. Ik ben er helemaal niet van overtuigd, dat deze feesten een batig saldo zullen brengen en dat zou ook niet zo erg zijn. Maar, nog sterker, ik ben erg bang dat de saldi wel eens heel ernstige af wijkingen ten kwade zullen vertonen. Ik stel mij de vraag of het verantwoord is in deze tijd, nu de gewone man niet weet hoe hij of zij dagelijks de eindjes aan el kaar moet knopen, nu alles steeds duurder wordt en de gevolgen nog niet te overzien zijn, een crediet voor feesten te verstrekken tot een zo groot bedrag. Want ontdaan van alle phraseologie en enthousiasme komt het hierop neer, dat de stad Breda voor ruim 6 ton moet meedoen deze feesten mogelijk te maken en dus daarbij grote risico's lcopt, die Volgens mij onder de huidige omstandig heden niet verantwoord zijn. We hebben bij de begroting herhaal delijk kleine en grotere bedragen moeten afwijzen. Be woningbouw kunnen we niet financieren en moeten wij nu wel 6 ton uitgeven met alle risico's van dien? Nee Meneer de Voorzitter de pil is wel erg aardig vergald opgediend, maar ik wens hem niet te slikken. De heer TOXOPEUS zal kort zijn. Ofschoon hij iets later is ge komen heeft hij toch begrepen, dat de heer Veldkamp Burgemeester en Wethouders heeft voorgesteld het voorstel terug te nemen en een meer gedetailleerd voorstel ter tafel te brengen. Hij kan evenwel nog niet zover gaan als de andere sprekers, aangezien hij er voor voelt feest te vieren en dit goed te doen. Wat de kostenbegroting betreft is hij het met de heer Veldkamp eens, dat een gedetailleerd voorstel gedaan dient te worden. In de kostenbegroting is geen post opgenomen Voor de aanleg en het branden der verlichting. Deze post zal een groot bedrag bevatten. Waarom staat ze niet op de begroting? Worden deze uitgaven zon der meer door de Licht'oedrijven gedragen? Veronderstellende, dat deze bedrijven een groot batig saldo afwerpen, is het dan juist, een dergelijke post uit dit batig saldo te bestrijden? „Verlaagt dan liever de tarieven en viert geen feest" zullen de burgers zeggen. Gaarne wil spreker antwoord hebben op de door hem gestelde vragen. Hij vindt het gevraagde bedrag zo hoog, dat het voorstel, hoe appetijtelijk het ook is opgediend, door de Raad,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 134