15 MAART 1951
83
als vertegenwoordiger van de burgerij, grondig overwogen moet
worden. Hij steunt dan ook het voorstel van de hoer Veldkamp om
eerst te weten, waar men aan toe is.
De heer JONGBLOED merkt op, dat door de heer Veldkamp
namens de R.K. fractie is gesproken, zodat hij veronderstelt, dat in
de R.K. fractie eenstemmigheid heerst. Deze eenstemmigheid heerst
niet in zijn fractie, zodat hij een ander geluid wil laten horen, dan
zijn fractiegenoten. Dit is niet zo erg, daar spreker in de
onderhavige zaak geen termen van politieke, maar van economische
aard ziet. Men kan de zaak van verschillende zijden bezien. Men
kan zich afvragen, of het nu wel de tijd is om feest te vieren, aan
gezien de gehele wereld in een zorgelijke toestand verkeert. Aan de
andere kant moet men zeggen: „het leven gaat zijn gang, waarbij
op zijn tijd ook feesten behoren."
Spreker gelooft niet, dat men van nu af zo somber moet zijn, dat
van feestviering afgezien moet worden. Dan moet eveneens afgezien
worden van het houden van kermissen enz. Dit zou echter nog erger
zijn, dan het leven te laten doorgaan. De kans op succes is in het
onderhavige geval vrij groot. Spreker meent, dat behoudens on
voorziene omstandigheden de kans zeer groot is, dat de inkomsten
gelijke tred zullen houden met de uitgaven, dank zij de activiteit,
die de Stichting aan de dag legt, dank zij de Verenigingen, die toe
gezegd hebben hun congres te Rreda te zullen houden dank zij de
deskundigen, die hun medewerking hebben toegezegd.
Het vorig jaar is gezegd, dat 1952 voor Breda een feestjaar zal
zijn en dat het feest gehouden zal worden op een wijze, die af is.
Als men wil feesten, doet het dan goed. De naam van Breda moet
hoog worden gehouden en het feest mag financieel geen strop wor
den. Beide factoren zijn hier thans aanwezig. Tegen de credieten
ad 400.000.en 60.000.heeft spreker geen bezwaar. Hij wil
echter graag zien, welk bedrag van andere zijden in het garantie
fonds wordt gestort.
Spreker maakt zich over de 3 ton voor de feestviering geen zor
gen, aangezien dit bedrag wel terug komt. Anders is het echter
gesteld met de 2 ton voor herstel van het Valkenberg. Vormt dit
crediet een onverbrekelijk geheel met de feestviering? Hij kan zich
voorstellen, dat op een gegeven moment grote bedragen aan het
park besteed moeten worden om het weer fleur te geven. Spreker
acht het wel nodig, dat het weer op peil wordt gebracht. Het Val
kenberg ligt de Raad na aan het hart. Onder leiding van de Voor
zitter is met het Valkenberg vrij hoog spel gespeeld. Men heeft toen
de hoop gekoesterd, dat het mooiste gedeelte niet zou verdwijnen,
hetgeen ook niet het geval is. Spreker kan zeggen, dat Breda het
spel, dat toen gespeeld is, gewonnen heeft.
Zo moeten ook in dit geval risico's genomen worden om Breda
een goede naam te geven. Breda is gunstig gelegen en steekt door
haar geheel aan parken, plantsoenen en bossen ver uit boven vele
andere gemeenten. Het is daarom voor Breda van belang te zorgen,
dat deze werken zo goed mogelijk onderhouden en op peil gebracht
worden. Indien de voorgestelde herstelwerkzaamheden over enkele
jaren uitgesmeerd konden worden, zou hij dat liever zien, ofschoon
hij hier niet positief tegenover wil staan. Spreker wil hiermede
geenszins beweren, dat de gemeente in de toekomst niet een be
langrijke taak te vervullen heeft in de sociale sector, maar haar
primaire taak is het onderhoud van wegen, plantsoenen, parken
enz. Dit onderhoud moet voorrang hebben, omdat deze objecten de
vreemdelingen trekken. Spreker heeft dit in eerste instantie naar