15 MAART 1951
91
De heer RATTINK heeft nog geen antwoord mogen ontvangen
op zijn vraag of de gemeente van alles af is, indien de gevraagde
credieten worden verstrekt.
De VOORZITTER antwoordt, dat het niet de bedoeling is de
Raad cijfers te verstrekken, waar iets achter schuilt.
Het is echter wel de bedoeling de Raad juiste cijfers voor te
leggen. Spreker zal in de volgende vergadering inlichtingen geven
ver het bedrag van ongeveer 17.000.van het openluchttheater.
De heer VAN WOENSEL, merkt op ,dat deze zaak geen uitstel
kan lijden, daar de Dienst van Openbare Werken in Augustus a.s.
reeds gereed moet zijn, opdat de Dienst van Gemeente Beplantingen
met haar werkzaamheden een aanvang kan maken.
De VOORZITTER antwoordt, dat de Raad over 14 dagen een
definitieve beslissing zal nemen.
Zonder verdere bespreking besluit de Raad het voorstel
aan te houden.
15. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het in het
leven roepen van een gemeentelijke sportstichting. (Bijlagen 1951,
no. 104)
De heer KOERTSHUIS heeft met veel genoegen van het onder
havige voorstel kennis genomen, waarvoor hij Burgemeester en
Wethouders zijn erkentelijkheid betuigt. Al heeft hij tegen het
voorstel geen bezwaar, toch meent spreker enkele opmerkingen te
moeten maken. In het concept-raadsbesluit staat onder III ver
meld:
„Te bepalen, dat mede ter verzekering van een richtig beheer
„van het vermogen der stichting en van de onder I, le van dit be-
„sluit genoemde roerende en onroerende goederen, de stichting zal
„worden opgericht met inachtneming van de navolgende bepalin-
„gen, welke in de statuten worden opgenomen met machtiging aan
„Burgemeester en Wethouders om deze bepalingen aan te vullen
„en te omschrijven, indien en voor zover hen dit nader geraden zal
„voorkomen."
Spreker acht het gewenst deze bevoegdheid de Raad te doen be
houden inplaats van ze aan Burgemeester en Wethouders te dele
geren. Hij verzoekt de daarvoor noodzakelijke wijzigingen alsnog
aan te brengen.
Wethouder MEYS zegt, dat de bepaling is opgenomen om het
Burgemeester en Wethouders mogelijk te maken kleine wijzigingen
aan te brengen, indien zulks bij hot opmaken der notariële acte
noodzakeliik mocht zijn. Deze wijzigingen behoeven dan niet eerst
door de Raad goedgekeurd te worden, waardoor tijd wordt ge
wonnen.
Door aan Burgemeester en Wethouders deze bevoegdheid te
delegeren, wordt vertraging voorkomen.
De VOORZITTER hoopt hier niet met een verboden delegatie van
macht te doen te hebben.
De heer KOERTSHUIS zegt, dat volgens art. 5 van het concept
besluit het bestuur van de stichting uit 7 leden bestaat. Van deze 7