11 APRIL 1951
161
ten zijn. Ook andere cijfers, die spreker mocht krijgen, stellen
hem over d'e inkomsten der Stichting gerust. Zo werd in 1950
100.000 aantal overnachtingen in Breda geboekt, terwijl ruim 14.000
personen buitenlandse valuta bij de plaatselijke banken hebben
ingewisseld.
Spreker zal dan ook aan het voorstel voor dit rekeningcourant-
crediet zijn stem geven. Uiteraard zal de Raad - mochten Gede
puteerde Staten dit besluit ter vernietiging aan de Kroon voor
dragen zich bij de beslissing van dit hoogste orgaan neerleggen.
Spreker wil enkele woorden zeggen over het derde door Burge
meester en Wethouders gedane voorstel: de deelname aan een ga
rantiefonds voor een bedrag van f 60.000.Deze feesten in 1952
zullen voor de burgers van zeer grote betekenis kunnen zijn. Het
zou daarom te betreuren zijn, indien dit garantiefonds zou be
perkt blijven tot het bedrag dat de gemeente beschikbaar zal
stellen.
Spreker is zelfs van mening, dat een zekere morele Verplichting
bestaat voor degenen ,die onmiddellijk belang hebben in het wel
slagen van de festiviteiten, om in dit garantiefonds deel te nemen.
Hij meent daarom op dezen een beroep te mogen doen, gelden
voor dit fonds beschikbaar te stellen.
Het zal voor Gedeputeerde Staten bij de beoordeling van dit
raadsbesluit van belang zijn te weten, dat ook anderen in dit fonds
deel nemen.
Samenvattende kan spreker zeggen, dat hij behoudens een
enkele restrictie dit voorstel kan steunen.
Tot slot wil hij nog opmerken, dat in Breda een sprookje is ont
staan, n.l. dat de gemeente een bedrag van f 700.000.zou willen
wegsmijten. Dit is beslist onjuist, en spreker meent dat hiertegen
stelling genomen moet worden.
Het geld, dat aan het Valkenberg wordt bestemd, wordt niet
weggegooid, het betreft zelfs een zeer nodige uitgave. En de
overige sommen worden in rekening-courant-crediet uitgeleend,
waarbij de stellige verwachting bestaat, dat deze gelden in de. ge
meentekas zullen terugvloeien, en de personen, die de leiding van
dit feest hebben, zijn voor spreker een borg dat het vertrouwen
niet beschaamd zal worden. Spreker hoopt, dat het voorstel zal
worden aangenomen, zodat het 700-jarig bestaan der stad, onder
de titel „Breda-Oranjestad", op een passende en succesvolle wijze
gevierd zal kunnen worden.
De heer VERMEULEN merkt op, dat over dit voorstel in de
vorige vergadering reeds uitvoerig van gedachten is gewisseld,
zodat hij thans kort kan zijn, te meer omdat hij reeds de beschik
king kreeg over dezelfde gegevens, welk door de heer Veldkamp
naar voren zijn gebracht. Voor spreker is de eerste vraag: of het
voor de gemeente verantwoord is deze grote risico's te aanvaarden.
Ondanks alle respect en vertrouwen, dat spreker in het Stichtings
bestuur heeft, is hem de gegeven voorlichting tegengevallen, om
dat de verstrekte gegevens zo summier zijn.
Het komt spreker wel voor, dat de begroting van de ontvang
sten aan de veilige kant is gehouden, doch hem interesseren ook
de verwachte uitgaven, en daaromtrent heeft de Stichting geen
enkele raming gegeven.
In het prae-advies Van 7 Maart leest spreker, dat het nog wel
een jaar zal duren, voordat de Stichting de uitgaven kan begro
ten .Het lijkt hem daarom een optimistische bewering, wanneer