12 APRIL 1951
183
De VOORZITTER bevestigt dit. Het kan echter niet anders.
Zonder verdere bespreking besluit de Raad overeenkomstig
het voorstel met dien verstande, dat de garages niet bijge
bouwd zullen worden.
8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders in verband met
de bouw van 20 woningen door de gemeente tezamen met een aan
tal industrieën aan de Heuvelbrink. (Bijlagen 1951, no. 137).
Mejuffrouw KOPPELAAR wil ofschoon zij tegen het voorstel geen
bezwaar heeft, opmerken dat op de Heuvelbrink één huizenrij uiterst
gehorig is. In de andere blokken is een geluiddempend procédé toe
gepast. De bewoners van het bedoelde blok n.l. de nummers 1 tot
en met 13 zijn bereid eventueel in de kosten van verbetering bij te
dragen. Spreekster vraagt dit te bezien en zo mogelijk alsnog geluid
dempende vloeren aan te brengen.
De VOORZITTER zal dit doen onderzoeken.
Zonder verdere bespreking besluit de Raad overeenkomstig
het voorstel.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot beschikbaar
stelling van een crediet voor de aanleg van een gedeelte trottoir
in de Heuvelstraat. (Bijlagen 1951, no. 138).
Dienovereenkomstig wordt besloten.
10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het aanvan
gen van een procedure tot terugvordering van de door de aanne
mer opgezette som op de kosten der riolerings- en bestratingswer-
ken nabij de Meidoornstraat. (Bijlagen 1951, no. 139).
De heer VAN GILS vraagt of de aannemer de opzetkosten in ver
houding tot de aanneemsom te hoog heeft gesteld.
De VOORZITTER antwoordt, dat iedere verhouding zoek is.
De heer WEZENBEEK zou het nuttig vinden, indien in aanbeste
dingsbestekken een zodanige clausule werd opgenomen, dat zoiets
niet meer mogelijk is. Spreker vindt het principe onjuist. Hij ver
zoekt in het vervolg in de bestekken op te nemen, welk bedrag opge
zet mag worden.
De VOORZITTER zegt, dat de bedoeling van de heer Wezenbeek
goed is. De aannemers zullen echter de hoofden bijeen steken, zodat
ze de gemeente dan toch de verlangde opzetsom laten betalen. Hier
heeft men met een misbruik te maken, dat heerlijk smaakt.
De heer WEZENBEEK vraagt of het mogelijk is via de gemeente
lijke rechtskundig-adviseur een dergelijke clausule in bestekken op
te nemen.
De VOORZITTER meent, dat op deze wijze niet veel te bereiken is.
Zou de gemeente een dergelijke clausule opnemen, dat bestaat de
mogelijkheid, dat de aannemers afspreken zich daaraan niet te zullen
storen.