194
12 APRIL 1951
Wethouder MEYS is dat onbekend.
De VOORZITTER zegt dat naar een modus gezocht zal worden
de zwaarst belaste mensen te ontlasten.
De heer RATTINK vraagt of het mogelijk is als basis te nemen
de huurwaarde der woningen. De Noord-West-Brabantse Water
leiding-Maatschappij volgt hetzelfde systeem.
De heer VELDKAMP merkt op, dat men dan zeer onbillijk uit
komt.
Wethouder VAN HOUTEN moet een dergelijke methode even
eens van de hand wijzen. Bedoelde tarieven worden geheven naar de
„herziene kadastrale huurwaarde". Spreker weet niet, wat hiermede
wordt bedoeld.
Zonder verdere bespreking besluit de Raad overeenkomstig
het voorstel.
37. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het be
schikbaarstellen van een crediet voor onderhoud en inrichting van
speeltuinen. (Bijlagen 1951, no. 167).
De heer KOERTSHUIS zegt, dat hij bij de behandeling der be
groting Burgemeester en Wethouders in overweging heeft gegeven
het een en ander nader te bezien. Het stemt tot voldoening, dat Bur
gemeester en Wethouders dit voorstel ter tafel hebben gebracht.
Met het onderhavige crediet kan de speeltuincommissie wel vooruit.
Ze kan daarmede echter het aantal speeltuinen niet uitbreiden. Ze
kan slechts de zaak draaiende houden. Spreker verzoekt op de be
groting 1952 met uitbreiding van het aantal speeltuinen rekening te
houden.
De heer DIRVEN vreest, dat de woorden van de heer Koertshuis
zijn suggestie inzake speeltuinen zullen bemoeilijken. In het Heuvel
kwartier wonen veel kinderen. Spreker geeft Burgemeester en Wet
houders in overweging te trachten in die wijk een stukje grond in
handen te krijgen voor het stichten van een speeltuin. De heer
Koertshuis doet reeds een beroep op het College het bedrag te ver
hogen, doch spreker doet dat om in het Heuvelkwartier een speeltuin
te stichten.
De heer VELDKAMP onderstreept de woorden van de heer Dir-
ven. De gemeente voorziet op een lofwaardige wijze de Heuvel van
een mooie beplanting. Spreker ergert zich als hij ziet, dat een be
paalde strook der beplanting door de jeugd van week tot week wordt
vernield. Spreker weet niet hoeveel manuren de beplanting in deze
wijk reeds heeft gekost. Het getal loopt vermoedelijk reeds in de
drie nullen. De Voorzitter heeft gezegd de burgers van dit kwartier
te zullen aanschrijven, hetgeen is geschied. Ook de politie bemoeit
er zich mee. Deze maakt bij overtreding een politierapport en zendt
naar aanleiding daarvan aan de ouders een vriendelijk briefje met
het verzoek hun kinderen voor te houden dergelijke vernielingen
niet meer aan te richten.
Spreker houdt niet van processen verbaal. Hij ziet liever, dat de
jeugd voor deze zaak wordt geïnteresseerd. Hetgeen echter hier
gebeurt is zeer ernstig. Deze zaak is klemmend. Op de gazons wordt