12 APRIL 1951 195 gevoetbald, terwijl ook door loslopende honden zonder penning grote vernielingen worden aangericht. Spreker verzoekt dan ook met klem het politietoezicht in het Heuvelkwartier strenger te maken. De VOORZITTER vindt deze vernielingen ook voor de bewo ners zeer ernstig. Hij onderschrijft derhalve de woorden van de heer Veldkamp. De buurt zelf moet de beplanting in ere houden. Hieraan is voor de bewoners cultuur verbonden. Spreker zal de politie de gevraagde opdracht geven. Het is misschien mogelijk een boomplantdag te organiseren. Aan deze wijk kleeft een gebrek, waarbij de gemeente misschien ook wel de hand in eigen boezem moet steken. Burgemeester en Wethouders hadden de illusie van het Heuvelkwartier een mooie wijk te maken. Wordt alles vernield, dan zijn de bewoners waard in een achterbuurt te wonen. Spreker kan deze zaak niet redden met meer politietoezicht. Hij zal echter het een en ander in ernstige overweging nemen. De heer VELDKAMP zegt, dat men zich misschien terzake tot de scholen kan wenden. De VOORZITTER beaamt dit. Wethouder MEYS zegt, dat de heer Koertshuis meer geld vraagt voor uitbreiding. Dit is ook de bedoeling van het College wat be treft het Heuvelkwartier en het Dijkplein. Als de kosten niet te hoog zijn, dan zou de gemeente er thans reeds toe kunnen over gaan. Getracht zal worden deze zaak via de speeltuincommissie tot een oplossing te brengen. Kan de heer Koertshuis een wijkcommis sie in het leven roepen, dan zal de speeltuincommissie hieraan graag medewerking verlenen. De heer KOERTSHUIS verwacht, dat op deze wijze veel kosten aan plantsoenen bespaard kunnen worden. Het vorig jaar is in zijn wijk met succes een plantdag voor kinderen gehouden. De speeltuin commissie verlangt er naar in het Heuvelkwartier een speeltuin aan te leggen. Maar met het voorgestelde crediet is dat onmogelijk. Daarmede kan men de zaak slechts draaiende houden. Gehoord de vorige sprekers verzoekt hij het College in overweging te nemen met voorstellen te komen inzake de uitbreiding van het aantal speeltuinen. Zonder verdere bespreking besluit de Raad overeenkomstig het voorstel. 38. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het Verzoe ken om een provinciaal subsidie in de kosten der restauratie van de toren der Grote of O. L. Vrouwekerk, vanaf het jaar 1951. (Bijlagen 1951, no. 168). De VOORZITTER verzoekt de Raad machtiging met de restaura tiewerkzaamheden verder te gaan, indien het Rijk bereid is in de kosten 50% bij te dragen. Onlangs is geconstateerd, dat de verster- kingswerken aan de pijlers in de open achtkant tussen 50 en 68 M. hoogte niet kunnen worden uitgevoerd, indien deze zandstenen pijlers niet gelijktijdig worden gerestaureerd. Zou dit niet geschie den dan zal door inregenen, stukvriezen enz. een gevaarlijker toe stand ontstaan, dan waarin de toren thans verkeert. De heer Ir. van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 195