16 MEI 1951 213 Burgemeester en Wethouders zullen zich terzake nog nader hier omtrent beraden. De Raad neemt het schrijven van Burgemeester en Wethouders voor kennisgeving aan. 3g. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij aan biedende de door Gedeputeerde Staten vastgestelde rekening der ge meente en die van de takken van dienst, over het dienstjaar 1948. (Bijlagen 1951, no. 171) Dit schrijven wordt voor kennisgeving aangenomen 3h. Schrijven van de Commissie, belast met het onderzoek der gemeente- en bedrijfsrekeningen over het dienstjaar 1949. Deze rekeningen worden voorlopig vastgesteld. 3i. Schrijven van Gedeputeerde Staten inzake het verstrekken van een voorschot van 5°/o van de bezoldiging aan burgemeesters. 3j. Schrijven van Gedeputeerde Staten betreffende het verlenen van een voorschot van 5°/o van de bezoldiging, aan Secretarissen, Ontvangers en Ambtenaren van de Burgerlijke Stand. 3k. Schrijven van Burgemeester en Wethouders betreffende de regeling inzake het toekennen van tegemoetkomingen in de kosten van opleiding van het gemeente-personeel. (Bijlagen 1951, no. 173) Deze stukken worden voor kennisgeving aangenomen. 4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhoging van de tarieven der aanlegbelasting. (Bijlagen 1951, no. 174.) De heer VAN EGERAAT stelt naar aanleiding van dit voor stel, de vraag of in de gemeente de vermakelijkheidsbelasting, in het bijzonder die voor bioscoopbezoek, tot het toelaatbare maximum is opgevoerd. Wethouder MEIJS bevestigt dit. Hij kan hieraan toevoegen, dat in het algemeen een sterk streven bestaat dit maximum te ver lagen. Wanneer de heer Van Egeraat doelde op een mogelijke ver hoging dezer belasting, kan spreker hem dan ook geen hoop geven. De heer DIRVEN acht dit een voorstel van ingrijpende aard. Hij kan de technische berekening moeilijk beoordeelen en zal deze ais juist aanvaarden. Het resultaat is echter, dat alleen al voor de wegverharding gedurende 30 jaar 2.11 of 2.30 per meter moet worden betaald; voor hen, die een groot terrein langs de nieuwe weg hebben, wordt dit een zware belasting. Spreker vraagt, wat wordt verstaan onder „verbeteringen" van een verharde weg; val len daar reparaties aan het wegdek ook onder? Dan zou spreker met dit voorstel niet accoord kunnen gaan. Spreker zal met belangstelling de nadere voorstellen tegemoet zien voor een regeling van de aanslag voor landbouwgronden. Spreker vraagt zich af, of het juist is alleen de langs een weg ge legen eigendommen te belasten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 213