218 16 MEI 1951 10 jaren. Een deel der onkosten ontvangt de gemeente terug door een daling van de subsidie aan Maatschappelijk Hulpbetoon. Wethouder VAN HOUTEN zegt, dat voor het normale onder houd van alle gemeente-sloten een bedrag op de begroting is uit getrokken van 58.800.—. De heer KAMPHUYS verzoekt het voorstel aan te houden, nu op enkele belangrijke vragen geen voldoende antwoord kan worden gegeven. Door de opmerkingen van de heer Verschuren, die terzake kundig is, is spreker tot de conclusie gekomen dat dit werk wel erg duur kost. Mejuffrouw KOPPELAAR wijst erop, dat de tewerkstelling niet geschiedt zonder een medische keuring, zodat aangenomen kan worden dat de tewerkgestelden de opgedragen arbeid kunnen ver richten. Van een dergelijke tewerkstelling gaat een psychologische invloed uit: herhaaldelijk komt het voor, dat zij, die eenmaal te werk zijn gesteld, ook daarna geen steun meer nodig hebben, om dat zij middels dit werk weer de geschiktheid krijgen om elders in het arbeidsproces te worden ingeschakeld. De opvoedende zijde van deze tewerkstelling acht spreekster belangrijk. De VOORZITTER verzoekt de Raad een beslissing op dit voor stel tot de volgende vergadering aan te houden. Overeenkomstig dit verzoek wordt besloten. 12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot benoeming van de heer J. Winkler Prins tot leraar in tijdelijke dienst aan het leerlingstelsel der N.V. Machinefabriek „Breda" voor de duur van de periode 1 April 1951 t/m 30 September 1951. (Bijlagen 1951, no. 182) Dienovereenkomstig wordt besloten. 13. Nader prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een verzoek om subsidie van het San Francesco Orkest. (Bijlagen 1951, no. 183) De heer VELDKAMP wenst bij dit voorstel een opmerking te maken van algemene aard, welke ook betrekking heeft op het voor stel, onder no. 14 van deze agenda. Spreker draagt het San Fran- cesco-Orkest een warm hart toe; desondanks zou hij thans toch niet tot de voorgestelde subsidie-verlening willen besluiten. Sedert de indiening van de begroting heeft de Raad de beslissing op diverse subsidie-aanvragen aangehouden (o.a. die voor uitzen ding van zwakke kinderen en reddend zwemmen), omdat bij de be handeling van de begroting een raadscommissie is ingesteld ter beoordeling van het subsidie-vraagstuk in het algemeen. Deze raadscommissie heeft thans de benodigde stukken ontvangen en is met haar werkzaamheden begonnen. Onder deze omstandigheden acht spreker het niet verstandig deze subsidie te verlenen. Spreker zou niet tegen deze subsidie zijn, wanneer zeker was dat er geen conflict zou kunnen ontstaan met andere subsidies in de sociale en culturele sector. Dit kan nu nog niet beoordeeld worden. Daarom is hij voor aanhouding van dit voorstel. Wat het voorstel onder no. 14 betreft: naar sprekers mening

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 218