10 MEI 1951
219
wordt hier ten onrechte van een subsidie gesproken. Het betreft
namelijk een eenmalige tegemoetkoming in bepaalde kosten. Waar
ook van de zijde van Burgemeester en Wethouders is gezegd, dat
dit soort zelfwerkzaamheid van sportverenigingen zou worden toe
gejuicht, zou spreker dit voorstel willen aanvaarden.
De heer BREKELMANS zegt, dat dit voorstel tot vreugde stemt,
in zo ver er aandacht wordt besteed aan een subsidie-aanvrage,
die ruim een jaar geleden werd ingediend. Moet deze aanvrage r.u
worden aangehouden, omdat er nadien de subsidie-commissie
werd ingesteld Spreker zou een verschil wensen bij de beoorde
ling van deze oude aanvrage en nieuwe verzoeken, die sindsdien
zijn ingediend. Door deze van 5 Juni 1950 daterende aanvrage op
nieuw aan te houden, berokkent men deze vereniging grote schade.
Als voorstander van de actieve muziekbeoefening heeft spreker
zich afgevraagd, waarom Burgemeester en Wethouders zijn afge
weken van het advies van de Culturele Werkgemeenschap, welke
overeenkomstig de aanvrage adviseerde. Waarom wordt nu in
plaats van 800.een bedrag van 300.voorgesteld Heeft een
onderzoek plaats gehad, waaruit blijkt, dat de vereniging met een
subsidie van 300.kan volstaan Spreker zou graag worden in
gelicht over de redenen hiervoor. Tegen deze gang van zaken heeft
hij vooralsnog bezwaar. Hij stelt voor thans een subsidie van
500.te verlenen en door de subsidiecommissie nader te laten
nagaan, of dit bedrag verder moet worden verhoogd tot 800.
De heer TOXOPEUS is het eens met het betoog van de heer
Veldkamp. De subsidiecommissie is bewust en weloverwogen in
gesteld. Van het reeds ingenomen standpunt moet de Raad niet
afstappen. Spreker begrijpt, dat dit niet prettig is voor de heer
Brekelmans. Wh'kt men van het standpunt af, dan zal telkens
twijfel bestaan of een verzoek wel dan niet behandeld moet wor
den. Een dergelijke casuistiek werkt steeds onbevredigend.
Spreker stelt daarom aan Burgemeester en Wethouders voor:
het voorstel tot subsidieverlening aan het San Francesco-orkest in
te trekken en de aanvraag om advies in handen te stellen van de
subsidiecommissie. Misschien blijkt dan dat deze subsidie inderdaad
800.behoort te bedragen, zoals door de heer Brekelmans is
gesteld.
Spreker zegt nog, dat dit voor hem een algemeen juist geachte
gedragslijn is: hij is overigens geen tegenstander van een subsidie
aan deze vereniging.
De zaak voor de voetbalvereniging „Jeka" ligt voor spreker
anders. Hier wordt een tegemoetkoming voor éénmaal gevraagd,
hetgeen zeer verschilt van een jaarlijkse subsidie.
De tegen eerstgenoemde subsidie-aanvrage geopperde bezwaren
gelden dan ook naar sprekers mening niet voor dit tweede voorstel.
De heer MINDERHOUD zegt, dat de commissie het subsidie
beleid in het algemeen beoordeelt. Misschien kan reeds in de maand
Juli op deze zaak worden teruggekomen, nadat het desbetreffende
rapport is uitgebracht.
De heer VERMEULEN kan zich met het voorstel van de heren
Veldkamp en Toxopeus verenigen. Wel maakt hij deze restrictie,
dat naar zijn mening ook de eenmalige tegemoetkomingen als sub
sidie moeten worden beschouwd, en dat dus bij een algemene