288 11 JULI 1951 is evenwel te ondervangen door degenen, die zonder bijbedoeling ge mengd willen zwemmen, daartoe de gelegenheid te geven. g Hij doet dan ook op zijn R.K. broeders en zusters een dringend F beroep het voorstel van Burgemeester en Wethouders te accepteren. c Het wantrouwen in deze zaak moet niet te scherp gesteld worden. 11 Gaat ze dan de goede kant op, dan kan verder bezien worden wat kan geschieden. Mocht de proef mislukken, dan zou spreker zich daarbij neer leggen. De VOORZITTER vraagt de heer Veldkamp welke wijze van beraad hij zich gedacht had. Spreker wil graag terzake van de Raad suggesties ontvangen. De heer MINDERHOUD stemt in met hetgeen door de heer t Toxopeus is gezegd. Er is een Raadscommissie ingesteld om de s onderhavige kwestie te onderzoeken. Deze Commissie heeft een r excursie gemaakt naar de diverse zwemgelegenheden in deze stad. z Daarna heeft ze niets meer vernomen, tengevole waarvan de daar- r aan besteedde tijd als verloren beschouwd moet worden. De leiders der zweminrichtingen waren unaniem vóór gemengd zwemmen en gemengd strandverkeer. Spreker kan er niet genoeg e de nadruk op leggen nog deze zomer het een en ander te pro- 2 beren. v De heer VELDKAMP wil iets zeggen aan het adres van de heer I Toxopeus over het feit, dat uitstel afstel betekent. Hij heeft niet g over het vóór en tegen gesproken, doch er slechts op gewezen, dat c er deining is onder de bevolking, zodat hij het wenselijk acht be- c raad te doen plaatsvinden. 1 De wijze waarop dit beraad gehouden moet worden is vrij moei lijk, omdat Breda niet beschikt over een permanente figuur, die de instellingen op kerkelijk, maatschappelijk en cultureel gebied representeert. Spreker stelt zich voor, dat het College vertegen woordigers van de representatieve organisaties op kerkelijk, maat schappelijk en cultureel terrein (w.o. ook jeugd- en vrouwenorga nisaties) doet deelnemen aan een te beleggen vergadering, waarin ook vertegenwoordigers van het College van Burgemeester en Wethouders en de Raad aanwezig zijn. In de Provincie is een soort gelijke Commissie geweest. Het College kan zich ten aanzien van deze Commissie doen informeren. Wethouder MEIJS zegt, dat de heer Minderhoud doelde op een Raadscommissie, die terzake een excursie heeft gemaakt, terwijl de heer Toxopeus doelde op de Commissie voor de strafverordenin gen. De laatstgenoemde Commissie, aan wie alle ontwerp-strafver- ordeningen voorgelegd worden, heeft niet zozeer tot taak het vraagstuk te bezien, dan wel de juridische vorm. Het is niet juist, dat de eerstgenoemde Commissie niet meer is gehoord. Het onderhavige voorstel is het resultaat van de gehouden excursie. Met de heer Toxopeus hebben Burgemeester en Wethou ders de indruk, dat het voorstel zeer voorzichtig is gesteld. Indien excessen achterwege blijven, dan gelooft spreker niet, dat het veel tegenkanting zal ontmoeten. Het verzoek van de heer Rattink wil spreker buiten de discussie houden. Naar zijn mening kon van het College geen voorstel inzake het gemengd strandverkeer worden verwacht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 288