18 JANUARI 1951
33
De VOORZITTER stelt voor de rondvraag in verband met het
vergevorderde uur achterwege te laten.
De heer VAN SWOL vindt het niet juist, dat de vergaderingen op
deze wijze verlopen. Hij is van mening, dat in het vervolg de leden
gelegenheid gegeven dient te worden van de rondvraag gebruik te
maken.
De VOORZITTER heeft de vergadering willen schorsen, om de
Raad op een ander tijdstip een ruimere gelegenheid te geven zich
te uiten, doch men wilde liever de agenda afwerken. Alleen voor de
rondvraag kan de vergadering echter niet geschorst worden.
Met de opmerking van de heer van Swol zal in de toekomst, in
dien mogelijk, rekening worden gehouden.
De heer VELDKAMP merkt op, dat de rondvraag inderdaad zeer
belangrijk is. Indien echter voor het houden van de rondvraag geen
gelegenheid meer is, dan kunnen de vragen schriftelijk gesteld
worden.
Deze vragen zullen dan op de bekende wijze beantwoord worden.
Overeenkomstig het voorstel van de Voorzitter wordt
besloten.
Hierna sluit de VOQRSITTER de vergadering.
De Voorzitter,