356
17 AUGUSTUS 1951
De heer BRINKERHOF trekt zijn voorstel in, daar dit niet ge
steund wordt.
De Raad besluit daarop overeenkomstig het voorstel van
Burgemeester en Wethouders, met dien verstande dat
de heer Toxopeus wordt geacht te hebben tegengestemd.
29. Prae-advies op een verzoek van de Directeur van het St.
Gerardus-retraitehuis te Seppe om subsidie voor het retraitehuis.
(Bijlagen 1951, no. 287.)
De heer JONGBLOED zegt tegen dit voorstel wel overwegende
bezwaren te hebben. Het betreft hier een instelling, welke buiten
de gemeente is gelegen. Gezien het regionaal karakter dezer in
stelling was er aanleiding voor de Provinciale Staten een subsidie
te geven, waaraan spreker als lid dier Staten zijn stem heeft ge
geven. Het ligt echter niet op de weg van de gemeente om deze
elders gevestigde instelling financieel te helpen.
Voorts heeft spreker ook bezwaar tegen de hoogte van de ge-
Vraagde subsidie. De kosten van de nieuwbouw bedragen in totaal
ongeveer 80.000.De overheidsbijdragen daarin behoren
naar sprekers opvatting van bescheiden aard te blijven. Wan
neer nu het bedrag zou worden gegeven dat de Directeur van het
retraitehuis Verzoekt, zou meer dan de helft der kosten, n.l.
47.000.door de overheid worden gedragen. Dit bedrag zal niet
worden bereikt. Overeenkomstig het voorstel van Gedeputeerde
Staten der Provincie hebben ook Burgemeester en Wethouders het
subsidiebedrag lager voorgesteld, dan waarom was gevraagd. Toch
zal naar spreker vermoedt een totaal bedrag van ongeveer
30.000.aan subsidies worden verkregen, hetgeen naar sprekers
mening geen bescheiden bijdrage in de kosten meer kan worden
genoemd.
Sprekers afwijzende houding ten opzichte van dit voorstel moge
ook worden gerechtvaardigd door het feit, dat Burgemeester en
Wethouders aanvankelijk eveneens afwijzend stonden tegen deze
subsidie-verlening, en eerst in tweede instantie na ampel beraad
een ander voorstel hebben gedaan: waaruit blijkt, dat bij afweging
van deze belangen de weegschaal naar beide kanten kan overslaan.
Wethouder MEIJS antwoordt, dat inderdaad Burgemeester en
Wethouders van mening waren dat hier geen taak voor de gemeen
te lag, mede gezien de financiële omstandigheden. Wel werd er
kend dat deze instelling van regionaal belang is. Nu zowel de
Provincie als een aantal andere gemeenten zijn voorgegaan in het
verlenen van een subsidie, meenden Burgemeester en Wethouders
niet te moeten achterblijven. Indien geen steun wordt verkregen,
zal het niet mogelijk zijn tot uitbreiding van dit retraitehuis over
te gaan, in verband met de zeer hoge kosten welke daaraan ver
bonden zijn. Andere gemeenten geven verhoudingsgewijze meer
dan hier thans aan de raad is voorgesteld, n.l. een subsidie tot 2/3
deel van de gevraagde bijdrage. De oorspronkelijke aarzeling is
overwonnen, omdat het belang van het westelijk deel der provincie
bij deze instelling zeer groot is. Spreker meent dat door het ver
lenen van deze subsidie een goed werk wordt gedaan.
De heer BRINKERHOF vraagt of er wel bouwvolume is voor de
uitbreiding van deze instelling.