17 AUGUSTUS 1951 373 46. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van do begroting voor het dienstjaar 1951 in verband met de be noeming van een Hoofd Bescherming Burgerbevolking. (Bijlagen 1951, no. 304.) De heer VELDKAMP herinnert eraan hoe hij, bij de laatste be grotingsbehandeling uitvoerig gesproken heeft over de burgerlijke verdediging. Toen was de Raad met de Voorzitter van oordeel, dat het op dat ogenblik nog niet nodig was een hoofd van de bescher ming burgerbevolking aan te stellen. De uitdrukkelijke verzeke ring werd gegeven, dat de Raad op de hoogte zou worden gehouden van de verdere ontwikkeling. Sindsdien heeft de Raad over deze aangelegenheid niets meer vernomen, behalve een mededeling in een der raadsvergaderingen, dat de Voorzitter voornemens was een generale inspectie over al het aanwezige materiaal te houden. Het is voor spreker dan ook moeilijk thans te oordelen of de voor gestelde begrotingswijziging nodig is. Welke b.v. is de omvang van de voorbereidende werkzaamheden geweest, waar voor een gratificatie wordt voorgesteld? Spreker zal gaarne nadere inlichtingen ontvangen en zo deze thans nog niet gegeven kunnen worden ziet hij dit voorstel liever aange houden tot een volgende vergadering. De heer VAN GILS zegt onlangs een lezing te hebben gehoord van een der topfunctionarissen van de dienst bescherming burger bevolking, de heer Mijnlief. Deze heeft gewezen op de noodzaak Van een behoorlijke en goed-gevormde groep E.H.B.O.-ers. Met de opleiding hiervan zal in het winterseizoen worden begonnen. Spreker hoopt, dat voor deze cursussen de betreffende verenigingen eventueel uit dit crediet een subsidie zullen ontvangen. De VOORZITTER is gaarne bereid nadere inlichtingen over dit voorstel te geven, want hij heeft terzake geen geheimen voor de Raad. Over de organisatie van de burgerlijke verdediging is heel wat te doen. Meerdere gemeenten hebben hiervoor een afzonder lijke functionaris aangesteld. Voorts is toegezegd, dat door het Rijk credieten zullen worden verleend voor de aanschaffing van materialen ten behoeve van de burgerlijke verdediging. Zolang dit echter nog niet is geschied, blijft alles een papieren organisatie. Nu is van hogerhand ook aan spreker gevraagd om een hoofd bescherming burgerbevolking aan te stellen. Spreker heeft gemeend daarvoor iemand te moeten aantrekken, die buiten het gemeente lijk verband staat. Doet men dit niet, dan komt er spoedig een dienst bij: en spreker is bang Voor de instelling van zo'n dienst. Hoe lang zal een dergelijke dienst blijven bestaan Spreker heeft gedacht, dat het op de nu voorgestelde wijze goedkoper kan. Inmiddels werd een groot en een klein plan opgezet voor de luchtbescherming. Spreker heeft zich hiervoor doen bijstaan door de Commissaris van Politie en hij acht het daarom volkomen ver antwoord deze nu een gratificatie toe te kennen. Er is nog een reden, waarom het de voorkeur verdient, nog niet een volledige betrekking als hoofd burgerbescherming te creëren. Door het gebrek aan financiën en de betrekkelijke stilstand in de woningbouw is er bij de verschillende diensten minder werk dan enige tijd geleden. Hierdoor is de gelegenheid ontstaan de diensten meer en directer bij de voorbereiding Van de bescherming van de burgerbevolking te betrekken. De diensten krijgen daardoor een nieuwe taak, ieder moet op eigen terrein het nodige werk doen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 373