398 12 SEPTEMBER 1951 De heer BRINKERHOF is het onbekend of het wettelijk toege laten is een handtekening door middel van een stempel te plaatsen. Wethouder MEIJS zegt, dat de opmerking van de heer Jongbloed slechts theorethische waarde heeft. Bedoelde school leunt tegen andere scholen, die overbelast zijn. Er zijn lokalen in gebruik, die eigenlijk geen klaslokalen zijn. Zo zijn b.v. enkele lokalen van de systeemschool niet als klaslokalen bedoeld, ofschoon ze toch als zo danig gebruikt worden. Deze lokalen zullen ontruimd moeten worden. De daarin geplaatste leerlingen mogen medegeteld worden voor de nieuw op te richten school, zodat het aantal leerlingen zeer zeker boven de 100 zal stijgen. De heer JONGBLOED merkt op, dat hetzelfde geldt voor de Jan Lighthartschool. Wethouder MEIJS zegt, dat de leerlingen, die van de ene bij zondere school naar de andere bijzondere school overgeheveld wor den, meegeteld mogen worden. De door spreker bedoelde bijzondere school is vol, zodat uitbreiding van het aantal lokalen noodzakelijk is. Deze uitbreiding geschiedt via de Fatimaschool. Het prae-advies is de Raad aangeboden naar aanleiding van het advies van de In specteur. Burgemeester en Wethouders moeten terzake vooruitzien. Straks moet de Fatimaschool leerlingen van een andere bijzondere school, die vol is, kunnen opnemen. De heer JONGBLOED merkt op, dat een school niet voller kan zijn dan ze is. Wethouder MEIJS zou ook geen bezwaar tegen de aanvrage van het bestuur van de Jan Lighthartschool gehad hebben, indien de ouderverklaringen aan de vereiste formaliteiten voldaan hadden. Zulks is echter niet het geval geweest. Betreffende de nieuw te bouwen school in de Fatimaparochie merkt spreker op, dat leerlin gen van de ene school naar de nadere overgeheveld worden. De heer JONGBLOED merkt op, dat de Inspecteur het verzoek van het bestuur van de Jan Ligthartschool beoordeeld heeft aan de hand van de letter van de Wet, terwijl in het onderhavige geval de zaak practisch is bezien. Het zou dus wel redelijk geweest zijn, in dien ook met het verzoek van het bestuur van de Jan Ligthartschool op een royale wijze rekening was gehouden. Omdat thans evenwel sprake is van het overplaatsen van leerlingen, waren er voor Bur gemeester en Wethouders voldoende redenen aanwezig aan de Raad medewerking te verzoeken. Volgens de huidige gegevens zal voor de school in het Heuvelkwartier de toeloop van het aantal leerlingen dit jaar 25 en het volgend jaar 29 bedragen, terwijl deze cijfers voor de Fatimaschool resp. 56 en 52 zullen zijn, zodat in het laatste geval het aantal leerlingen zal dalen inplaats van stijgen, ofschoon in het algemeen aangenomen kan worden, dat de toeloop van het aantal leerlingen het volgend jaar zeer groot zal zijn. Het bestuur van de Jan Ligthartschool zal straks een nieuwe aanvrage indienen, zodat spreker thans de Raad geen voorstel zal doen. Wil hij echter het vertrouwen in wethouder Meijs behouden, dan verwacht hij van hem in het algemeen dezelfde houding ten aanzien van alle bijzondere

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 398