406
12 SEPTEMBER 1951
daarom de Raad te stemmen over het al dan niet aanhouden van
het prae-advies.
Uit deze stemming blijkt, dat de Raad met 27 tegen 6 stemmen
besloten heeft het prae-advies niet aan te houden. Tegen stemden
Mevr. Slot-Plattel en de heren Rattink, Minderhoud, Brinkerhof,
Van Kampen en Jongbloed.
Hierna besluit de Raad zonder hoofdelijke stemming over
eenkomstig het prae-advies. De heer Rattink wenst ge
acht te worden te hebben tegengestemd.
24. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een twee
tal verzoekschriften van het San Francesco-Orkest om subsidie.
(Bijlagen 1951, no. 330).
De heer JONGBLOED heeft tegen dit agendapunt eigenlijk het
zelfde bezwaar als tegen het vorige, n.l. dat hij niet gelooft, dat
de bijdrage slechts voor 1 keer geldt. Op zichzelf heeft spreker er
g-een bezwaar tegen het orkest aan de gang te houden, maar zal
dit orkest het volgend jaar weer bij de gemeente aankloppen? Het
is spreker opgevallen, dat door de gemeente méér subsidie wordt
gegeven, dan het tekort over een bepaald jaar bedraagt, zodat men
zich niet beperkt tot het tekort van het te subsidiëren verenigings
jaar. Het aanvankelijk tekort van bedoeld orkest bedroeg 1616.-.
Dit tekort bedroeg voor het jaar 1949 1250.- en voor 1950 956.-.
Betreffende het laatste bedrag merkt spreker op reeds rekening
gehouden te hebben met het thans te verlenen subsidie van 800.-.
Wordt over dit jaar het voorgestelde subsidie gevoteerd, dan zal
het tekort tot 700.- teruggebracht zijn. Het aanvankelijk tekort
van 1616.- is dus verminderd tot 700.-. Spreker acht het ge
wenst ineens schoon schip te maken, opdat het orkest zichzelf zal
kunnen redden. Elke vereniging behoort een zodanige exploitatie
te maken, dat geen overheidssubsidie nodig is. De gemeente kan
op de duur toch niet op een dergelijke wijze blijven doorgaan. Spre
ker is benieuwd naar het rapport van de Subsidiecommissie. Hij
aarzelt daarom nu weer aan dit prae-advies zijn medewerking te
verlenen. De beloning van de dirigent bedraagt 520.- per jaar.
Spreker heeft vernomen, dat de dirigent deze beloning niet ten
eigen bate aanwendt. Wat gebeurt er dan met dit bedrag.
Wordt dit bedrag- dan ten gunste van het orkest aangewend? Of
wordt er iets anders mee gesubsidieerd?
De heer VERMEULEN is het enige lid van de Subsidiecommissie,
dat tegen subsidieverlening is. Spreker heeft exploitatie bezien en
heeft daarbij geconstateerd, dat de gemeentelijke bijdrage een be
langrijk deel van de totale inkomsten uitmaakt. Neemt de gemeen
telijke bijdrage een zodanige proportie aan ten opzichte van de
totale inkomsten als hier het geval is, dan ligt het naar spre
kers mening niet op de weg van de overheid het orkest in
stand te houden. Dit behoort door het particulier initiatief te ge
schieden. De overige inkomsten zijn minimaal. De dirigent tou
cheert zijn salaris niet, doch wendt dit aan ten behoeve van de
orkestleden, b.v. door het betalen van contributie, reisgeld enz.
Ofschoon het orkest op een behoorlijk peil staat, kan spreker om
voormelde redenen zijn stem niet aan het prae-advies geven.
De heer BREKELMANS wil niet in extenso ingaan op alles,