514 14 DECEMBER 1951 voor de tandarts mee naar huis brengt, moet de moeder maar de tijd en gelegenheid vinden om met het kind de tandarts te gaan be zoeken. In vele gevallen zal daar niets van komen. Of moet men de kinderen alleen sturen? Afdoende tandverzorging is met die metho de niet te bereiken. Bovendien hoeveel tandartsen hebben niet reeds nu al een overdrukke praktijk? Het is hem bekend, dat tandartsen aan de ziekenfondsen vragen niemand meer toe te laten of bepaalde groepen af te voeren. Anderzijds zijn er ook tandartsen, die geen medewerking verlenen aan de ziekenfondsen, zodat bij deze ook voor de kinderen, in het systeem Hengelo steeds de gewone par ticuliere prijs wordt in rekening gebracht. Ook hierin schuilt een gevaar, want velen kunnen dit niet bekostigen. Wat de heer Jong bloed heeft opgemerkt over de situatie in 's-Hertogenbosch, is niet te bout gesproken. Ook spreker kreeg deze inlichtingen: Men heeft bij het daar ingevoerde systeem Hengelo een relatief te klein ge deelte der jeugd bereikt. Spreker vreest, dat het in Breda ook zo zou verlopen. Om al deze redenen heeft het College van Burgemeester en Wet houders gemeend de Raad het systeem van schooltandverzorging, dat is opgesteld door de Centrale Raad voor Sociale Tandheelkunde, te moeten aanbevelen. Spreker wil echter een eerlijke voorlichting geven. Er is een zieken fonds, dat zich thans positief heeft uitgesproken tegen dit systeem. Daardoor kan dit systeem thans niet worden ingevoerd. Zodoende is een gevaarlijke situatie ontstaan, te meer omdat nog niet bekend is de houding, welke het andere in Breda werkzame ziekenfonds zou innemen, indien besloten werd tot het systeem Hengelo. Onder deze omstandigheden lijkt spreker het voorstel van de heer Toxopeus niet onverstandig. Het is noodzakelijk geworden nogmaals te beproeven tot een oplossing te komen, waaraan alle partijen, die er bij betrokken zijn, willen medewerken. Spreker stelt daarom voor deze aangelegenheid thans niet verder af te werken, doch een raads commissie ad hoc in te stellen, die in overleg kan treden met deze partijen: misschien heeft dit resultaat. Om alle schijn te Vermijden, dat hier, een prestige-kwestie ligt voor het gemeentebestuur, kan spreker billijken, wanneer Burgemeester en Wethouders niet recht streeks in deze commissie zullen zijn vertegenwoordigd. Wel zou spreker willen aanbevelen een vertegenwoordiger van de twee plaat selijke ziekenfondsen in te schakelen: de medewerking van de fond sen is primair. De heer VELDKAMP wil thans niet meer uitvoerig op deze kwes tie ingaan; hij zal het door Burgemeester en Wethouders overgeno men voorstel van de heer Toxopeus ondersteunen. De heer TOXOPEUS wil geen verder debat uitlokken, ofschoon diverse opvattingen een nadere bespreking waard zouden zijn. Hij merkt op, dat de door hem gedachte commissie een zuivere raads commissie ad hoc is: de ziekenfondsen behoren hierin echter dan geen zitting te hebben. Ook hij acht het beter, wanneer niet alleen de directeur van de Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheids dienst, maar ook de leden Van het college van Burgemeester en Wethouders hier buiten blijven. Uiteraard zal de commissie alle partijen moeten horen. Het is juist de bedoeling, dat deze kleine commissie (die uiteraard een moeilijke en zware taak heeft) zich in korte tijd een oordeel vormt over de veelzijdige facetten van dit vraagstuk, zulks ter voorlichting aan de Raad, en tracht te bemid delen tussen de partijen. Slechts in een dergelijke kleine commissie

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 514