14 FEBRUARI 1951 75 en gewest. Het antwoord van uw College zie ik met belangstcllmg tegemoet. De heer JONGBLOED spijt het dat hij niet zo enthousiast lean zijn als de heer Verhaak. Niet omdat hij deze zaak niet belangrijk acht, maar omdat er nog zoveel goede dingen zijn die moeten ge beuren. Hier wordt voor 3 jaren een jaarlijks subsidie gevraagd van 15.550.—. Gaat het Burgemeester en Wethouders voorbij, dat de gemeente in financiële moeilijkheden verkeert Voor vele nuttige dingen is geen geld aanwezig Spreker wil ook deze zaak daaronder rangschikken. Er is een Raadscommissie ingesteld voor het subsidie- onderzoek, omdat de behoefte gevoeld werd de subsidie-politiek in ogenschouw te nemen. In afwachting van het oordeel van deze Commissie acht spreker het niet gewenst thans het subsidie te ver lenen. Spreker wil ook dit subsidie in het raam van het totale subsidiebedrag betrekken. Bovendien acht hij het een bezwaar, dat het subsidie voor 3 jaren verleend moet worden. De Raad kan eigen lijk geen bindend besluit nemen over het doen van uitgaven, die op nog komende begrotingen geraamd moeten worden, of er zou een contract gesloten moeten worden. Bovendien is er geen financiële zekerheid, zodat het voor het Wit- Gele Kruis moeilijk is te starten. Het lijkt spreker een gevaarlijk experiment, aangezien de al of niet aanwezige mogelijkheid in de lucht hangt. De bijdragen van belanghebbenden worden geraamd op 5000.Spreker meent, dat deze raming een slag in de lucht is. Ook het rijkssubsidie is niet toegezegd, evenals de bijdragen van de buitengemeenten. Als Breda het voorgestelde subsidiebedrag ver leent, dan wil dat nog niet zeggen, dat deze zaak in financieel op zicht in kannen en kruiken is. Spreker zou graag zien, dat deze eerst naar de subsidiecommissie wordt verwezen. Zou de Raad er echter op staan thans wel een besluit te nemen, dan behoort een principebesluit genomen te worden. Spreker acht het niet verstandig nu een bepaald bedrag te voteren. Hij wil het nut van een M.O.B-. niet in twijfel trekken, doch wil eerst bestuderen hoever Breda met haar subsidiepolitiek moet gaan en wat voorkeur verdient. Hoe komt het, dat het Groene Kruis niet gevraagd is mee te doen? Wel wordt gezegd, dat alle kinderen, ongeacht hun politieke of godsdienstige gezindheid, zullen worden geholpen. Spreker had veel liever gezien, dat de Stichting een algemeen inplaats van een confessioneel karakter had gedragen. Dat het Wit-Gele Kruis zelf het bureau niet opricht is ook van belang. Een afzonderlijk lichaam zal hiervoor in het leven geroepen moeten worden. Zou voor de provincie hier ook geen taak zijn weggelegd? De kans op een finan ciële bijdrage lijkt spreker niet uitgesloten. Het gevolg hiervan kan zijn, dat Breda haar bijdrage kan verminderen. Hij ziet niet in dat de totale kosten ad 42.500.op de Voorgestelde wijze gedekt wor den, zodat een grotere financiële zekerheid gewenst is. Zou het Wit- Gele Kruis toch starten, dan is het niet uitgesloten, dat het in financiële moeilijkheden geraakt, zodat Breda dan opnieuw over de brug moet komen. Doordat het M.O.B. tevens het psychologisch onderzoek van de schoolkinderen zal verzorgen, zal het gemeente lijk subsidie ad 2500.uitgespaard kunnen worden. Wat was het resultaat van dit onderzoek? Wat betreft de nazorg van achterlijke kinderen is spreker het met de heer Verhaak eens. Het is van groot belang, dat de kinderen onderzocht worden en advies uitgebracht wordt ook nadat ze de school verlaten hebben. M'.O.B. kan dan slechts effect sorteren, als aan de nazorg aandacht wordt besteed. Spreker gelooft, dat de grens tussen debiel en krankzinnig scherp

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 75