19 FEBRUARI 1951
87
keken en zij zien wel in de verre toekomst de mogelijkheid om
deze school in die omgeving op een andere plaats te krijgen, doch
niet in de nabije toekomst. Aangezien het in deze tijd gewenst
ia met de scholenbouw voortgang te maken, menen Burgemeester
en Wethouders de Raad te moeten voorstellen dit plan te accep
teren.
Zonder verdere bespreking besluit de raad overeenkomstig dit
prae-advies.
19. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een ver
zoek van het bestuur der R.K. Meisjesschool aan de Haagsemarkt
om, op grond van het bepaalde in art. 72 der L.O.wet, gelden te
mogen ontvangen voor de modernisering van het schoolgebouw en
de speelplaats. (Bijlagen 1951, no. 55.)
De heer BRINKERHOF spijt het, dat hij bij de ter inzage ge
legde stukken niet het rapport van Openbare Werken heeft aan
getroffen. Tegen het voorstel heeft spreker geen bezwaar.
Zonder verdere bespreking wordt overeenkomstig het prae-
advies besloten.
20. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verlenen
van een voorschot op de vergoeding ex. art. 101 der L.O.wet 1920
over het jaar 1951 aan de besturen der bijzondere lagere scholen.
(Bijlagen 1951, no. 56.)
21. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verstrekken
van voorschotten op de gemeentelijke vergoeding, bedoeld in art. 101
bis, 4e lid, der L.O.wet 1920, over 1951 aan enige besturen van bij
zondere scholen voor v.g.l.o. en u.l.o. (Bijlagen 1951, no. 57.)
22. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een verzoek
van het Bestuur van de vereniging „tot stichting en instandhouding
van scholen met den Bijbel", om op grond van het bepaalde in art.
72 der L.O.wet, medewerking te Verlenen voor de Stichting van een
u.l.o. school in het Eoeimeerkwartier. (Bijlaglen 1951, no. 58.)
De Raad besluit overeenkomstig deze voorstellen en dit prae-
advies.
23. Prae-adVies van Burgemeester en Wethouders op een aan
bevelingslijst van het College van Curatoren over het gymnasium tot
aanwijzing van een conrector. (Bijlagen 1951, no. 59.)
Na stemming blijken te zijn uitgebracht totaal 31 stemmen,
waarvan 30 op Mej. Dr. P. A. Moens en 1 op Dr. E. Boswinkel,
zodat Mej. Moens benoemd is tot conrector van het gymnasium.
24. Voorstel van Burgemeester en Wethouders ter benoeming
van een lid in de Commissie voor het Nijverheidsonderwijs. (Bijlagen
1951, no. 60.)
De heer JONGBLOED zegt tegen de herbenoeming van de heer
Cosijn geen bezwaar te hebben. Hij deelt mede, dat zijn fractie
het op prijs stelt indien te zijner tijd ook iemand van deze fractie
in de commissie van het Nijverheidsonderwijs zitting zal krijgen.
Hij wil echter de op dit gebied deskundige heer Cosijn daarvoor
de plaats niet laten ruimen.