19 FEBRUARI 1951 93 goed doen en als men veranderingen aan gaat brengen dan moet men ook dat goed doen. Als men goed bouwt behoeft men niet te veranderen. Spreker hoopt dat een en ander ook door hogerhand wordt begrepen. Zonder verdere bespreking worden de begrotingswijzigingen con form het voorstel vastgesteld. 40. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van een controleregeling op het g'eldelijk beheer en de boekhouding van de ontvanger en andere comptabele ambtenaren. (Bijlagen 1951, no. 76.) De heer KRAMERS zegt dat in art. 2 van het ontwerp-besluit staat vermeld, dat de controle op het geldelijk beheer en de boek houding van de rekenplichtige ambtenaren voor de in art. 1 sub a tot en met 1 genoemde ambtenaren wordt opgedragen aan „de heer J. L. Leclerq, enz." Spreker vindt het eenvoudiger hier geen naam van de persoon te noemen, maar hiervoor in de plaats te stellen het woord „gemeente-accountant". Overigens heeft spreker geen enkel bezwaar tegen het voorstel. De VOORZITTER heeft hiertegen formeel geen bezwaar, doch hij zegt dat de Raad de heer Leclerq benoemd heeft en dat daarvoor de naam in het besluit is opgenomen. Spreker zegt echter toe, dat indien het mogelijk is, het woord gemeente-accountant zal worden opgenomen. Overigens wordt zonder verdere bespreking, overeenkomstig het voorstel besloten. 41. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het beschik baarstellen van een crediet voor vernieuwing van de verlichting in de bureaux van burgerlijke stand, bevolking en militaire zaken. (Bij lagen 1951, no. 77.) De heer MOL vraagt het licht in de raadszaal eens te laten op nemen. Spreker vindt het licht te zwak; hij heeft moeite met het lezen. De VOORZITTER zegt geen bezwaar te hebben het licht eens te laten opmeten en de lampen omlaag te brengen, omdat het licht te veel in de armaturen zit. De heer BRINKERHOF deelt mede, dat het adviesbureau van Philips hierin graag zal helpen. De VOORZITTER zegt dit te kennen, doch dat neon-buizen niet in de Raadszaal passen. Hij wil het liever op een zachte manier trachten op te lossen. De Raadszaal heeft een zekere sfeer te houden, ook wat de ver lichting betreft. Spreker zegt toe deze zaak eens te zullen bekijken. De Raad besluit verder overeenkomstig het voorstel. 42. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het benoemen van een lid van de Reinigingscommissie. (Bijlagen 1951, no. 78.)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1951 | | pagina 93