12 MAART 1952 167 lezen, hoeveel werkloze bouwvakarbeiders en vrouwen Breda thans bezit. Aangezien de gegevens te summier zijn,, kan spreker zich niet voldoende oriënteren. Het aantal werkloze bouwvakarbeiders zal echter wel Verminderen, wanneer de gemeente weer gaat bouwen. Als de werkeloosheidcijfers, welke voor Breda gelden, vergeleken worden met die van andere gemeenten, gelooft spreker, dat Breda niet al te pessimistisch behoeft te zijn. In andere gemeenten liggen deze cijfers belangrijk hoger dan in Breda. Spreker wil inzake de aard van de werkobjecten speciaal vragen of de; werklozen geschikt geacht kunnen worden de onderwerpelijke werkzaamheden te ver richten. Indien dat niet het geval is, zijn er dan andere objecten voor bedoelde categorie te vinden? Spreker wenst Burge meester en Wethouders succes met hun streven en hoopt, dat op de voorgestelde wijze vele gezinnen geholpen zullen kunnen worden, daar door werkeloosheid getroffen gezinnen niet alleen financieel maar ook moreel achteruitgaan. De heer VAN GILS zegt, dat in het „stratenplan 1952" ook is op genomen, de aanleg van riolering en trottoirs aan de Oosterhoutse- wcg. Het heeft hem bevreemdt, dat het gedeelte1 vanaf de Drie sprong tot aan de overweg aan de zijde van de jongensschool niet van een trottoir wordt voorzien. In verband met de aanwezigheid van deze school verzoekt spreker dit gedeelte trottoir alsnog in het plan op te nemen, waardoor zeker het geheel zal worden verfraaid. De heer VAN KAMPEN vraagt in verband met de keibestrating van de Tramsingel of het mogelijk is een vulling met teerproducten aan te brengen. Deze singel is 4 of 5 jaar geleden opnieuw bestraat, doch verkeert nu reeds in een deplorabele toestand. Is een vulling met teerproducten zo duur? Naar zijn mening1 is het zeer wel mogelijk, dat door een vulling slijtage wordt voorkomen, zodat door die be handeling de kosten van onderhoud geringer zijn. Vervolgens vraagt spreker of bij bestrating rekening wordt ge houden met het centrale rioleringsplan. Tenslotte verzoekt spreker er rekening mede te houden, dat tijdens do a.s. feesten de straten in| de binnenstad niet zullen worden open gebroken. De heer VELDKAMP is het in grote lijn met de heer Jongbloed eens. Betreffende punt 51 heeft ook hij alle waardering voor het feit, dat Burgemeester en Wethouders spoedig met voorstellen zijn gekomen om de werkeloosheid het hoofd te kunnen bieden. Spreker wenst het College sterkte toe. Vroeger was er bij de bestrijding van de werkeloosheid weinig differentiatie in de werkobjecten. Spreker vraagt of er reeds plannen bestaan voor meer gedifferentieerde ob jecten, opdat ieder zoveel mogelijk volgens aanleg en beroep te werk gesteld kan worden. De heer DRION vraagt of de Raad nog nadere gespecificeerde plannen worden voorgelegd met betrekking tot profilering enz. van de te herstellen straten. In het bevestigende geval kan spreker zich thans onthouden van nadere opmerkingen terzake. De heer VAN DEN EEDEN zegt, dat hetgeen hij naar voren had willen brengen reeds door de heren Veldkamp en Jongbloed is opge merkt. Als men het rapport van het Gewestelijk Arbeidsbureau beziet, dan constateert men, dat] de werkeloosheid sterk stijgende is. Spreker is het met de heren Veldkamp en Jongbloed eens, dat ge tracht moet worden de werkeloosheid in te perken door objecten te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 167