12 MAAKT 1952 181 50. Benoeming van een tijdelijke Wethouder. De heer VELDKAMP heeft er behoefte aan het schrijven van de K.V.P.-fractie nader toe te lichten. In het schrijven wordt gesproken namens de overgrote meerderheid der fractie. De grondslag van het verzoekschrift is vervat in de bepaling van de Gemeentewet, dat een Wethouder, indien hij met de tijdelijke waarneming van het burger meesterschap is belast, zodra nodig wordt vervangen door een ander lid van de Raad, door deze aangewezen. Uit het onderwerpelijke schrijven van Burgemeester en Wethou ders blijkt, dat naar hun eenstemmige mening de benoeming van een tijdelijke wethouder niet nodig is, aangezien geen hunner leden zodanig is belast, dat tot een dergelijke maatregel zou moeten wor den overgegaan. In dat schrijven heeft het College erop gewezen, dat door een recente overbrenging van de zorg voor de Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst van Wethouder Romsom naar Wethouder Van Haperen wel meer evenwicht is gebracht in de onderlinge taakverdeling. Spreker neemt aan, dat het tijdstip van bedoelde overbrenging is gelegen tussen het schrijven van de K.V.P.- fractie en dat van Burgemeester en Wethouders, zodat op dat tijd stip evenwichtigheid niet aanwezig was. Daaruit blijkt, dat op het moment, waarop het eerstgenoemde schrijven van het College be reikte, sprake was van enige overbelasting van een Wethouder. De overwegingen van zijn fractie zijn dan ook niet door het Col lege te niet gedaan. De gemeente Breda telt Volgens de Gemeente wet in haar College van Burgemeester en Wethouders 1 Burgemees ter en 4 Wethouders. Spreker kan zich voorstellen, dat bij vacantie of kortdurende ziekte van de Burgemeester 4 Wethouders in staat zijn, alle werk zaamheden op te vangen, zodat er in dat geval geen aanleiding aan wezig is een tijdelijke Wethouder te benoemen. Het ligt evenwel anders, indien de Burgemeester gedurende een lange tijd afwezig is; zoals b.v. ook in de gemeente Enschede is voorgekomen. De Gemeentewet bevat een bepaling, dat dan een tijdelijke Wet houder kan worden aangewezen. Deze bepaling is niet voor niets op genomen. Dit houdt echter niet in, dat spreker van mening is, dat het College zijn taak niet goed vervult. Integendeel. Spreker heeft alle respect voor de wijze, waarop het zijn taak verricht; vooral geldt dit respect de Voorzitter voor de wijze, waar op deze zich dooi; zijn moeilijke taak heenslaat. Thans is volgens de Voorzitter het College niet zo druk bezet. Hij heeft echter van dit College vernomen, dat die slapte zal vermin deren, aangezien de bouwactiviteit weer toeneemt. Zojuist heeft de Raad de agendapunten 13 en 51 geaccepteerd. Deze punten zijn zeer belangrijk in verband met de werkeloosheidsbestrijding, die de bij zondere zorg Van het College vraagt. Ook de materie inzake de burgerlijke verdediging is voor de Voor zitter niet gemakkelijk en betekent voor hem een verzwaring. Bo vendien eisen dte a.s. feesten zowel voorbereiding als een voortduren de representatie. Verreweg de meeste congressen worden reeds vóór de feesten gehouden, zodat representatie vóór die tijd wordt ge vraagd. De werkzaamheden zullen zich dus nog zodanig uitbreiden, dat er naar zijn mening voldoende aanleiding bestaat in een gemeen te met een omvang als Breda een tijdelijke Wethouder aan te stellen. Sprekende namens de fractieleden, Van wie bedoeld schrijven is uitgegaan, verzoekt hij de Raad tot het benoemen van een tijdelijke Wethouder over te gaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 181