19 MAART 1952
187
betekenis door zijn medeleven in alle moeilijkheden van zijn even
mens. Was hij niet altijd bereid een ieder met raad en daad bij
te staan.
Was het wonder dat zijn sympathieke wijze van optreden hem
vrienden bezorgde onder de hoogste functionarissen in den lande
en was het niet daardoor, dat hij kon bereiken hetgeen schier on
bereikbaar was.
Hij was een bestuurder bij uitnemendheid met een creatieve
geest, die een voorbeeld was voor zijn omgeving. Hij heeft zijn
gave van geest en hart ingezet voor de gemeenschap, die hij leidde
en was een onvermoeibaar werker, die slechts één doel nastreefde:
de belangen der Gemeente te dienen op onberispelijke wijze. Hij
stimuleerde zijn medewerkers en ondergeschikten door woord en
voorbeeld.
Het was een gulle gastheer, die de bezoekers met zijn wellui
dende intonatie wist te treffen en te boeien.
Hij had een ongeëvenaard rhetorisch talent en een daaraan ge
paard gaande overtuigende betoogtrant, die in de meeste geval
len zijn tegenstanders bij het nemen van besluiten tot voorstanders
wist te maken.
Hij had een gevoel voor het schone in de natuur en in de kunst
en dat gevoel ging samen met een goede smaak voor het artistieke
en kunstzinnige.
Hij heeft gewerkt zo lang het dag was en zijn lichaam, kwij
nend door zijn kwaal, kreeg geen rust van hem, als de Gemeente
zijn dienst vroeg. Zelfs op zijn sterfbed kon hij niet nalaten de
belangen der Gemeente aan ons aan te bevelen.
Burgemeester Prinsen is niet meer. Wij moeten voort zonder
hem en het is zijn wens dat wij dit doen, onversaagd, en wij zullen
dit doen, rekening houdend met zijn raadgeving vervat in zijn
laatste brief aan ons gericht.
Het is nu niet het geschikte moment om een opsomming te ge
ven van de werkzaamheden die zijn schouders hebben getorst, maar
wij zijn er van overtuigd, dat zijn naam door zijn persoonlijkheid
en zijn werk in voortdurende dankbare herinnering zal blijven.
Wij bidden de goede God, dat zijn dienaar de eeuwige zaligheid
moge genieten.
Op voorstel van de VOORZITTER neemt de Raad hierna enige
minuten stilzwijgen in acht, ter nagedachtenis aan de overleden
Burgemeester en voor het storten van een gebed.
De heer BRINKERHOP, het oudste raadslid beantwoordt de
rede van de Voorzitter daarna als volgt:
Mijnheer de Voorzitter,
Aan mij is de treurige en moeilijke taak opgedragen U uit
naam van ons allen en ik heb de overtuiging dat ik ook spreek
namens de gehele Burgerij van onze Stad te antwoorden op
Uw zo gevoelige rede bij de gedachtenis van ons aller Burgervader.
Wij allen onderstrepen Uw woorden en voelen met U wat in U
omging, toen het bericht van overlijden bekend werd. Een schok
ging door allen.
Onze bede aan Hem die alles bestiert, om onze beminde Eerste
Burger voor zijn lieve vrouw en kinderen en ons te sparen, mocht
niet in vervulling gaan; God nam een ander besluit, zoals Hij
steeds datgene doet, wat voor ons het beste is. De weg die voor