202 16 APRIL 1952 Bij alle andere electrificatieplannen is nog nimmer van de door de raad vastgestelde regeling afgeweken. Niettemin wil spreker aan een gelijke betaling der kosten medewerken, wanneer de betrokke nen dit zelf verzoeken. De heer VELDKAMP zegt, uit de voorbeelden welke de wethouder zo juist gegeven heeft opnieuw te constateren, dat de raad eigenlijk bij zijn beslissing omtrent de financieringswijze van de electrificatie van de onrendabele gebieden een verkeerde weg is ingegaan. Deze bewoners moeten in vergelijking tot de andere burgers, die in de stad wonen, veel te veel betalen, terwijl dit lot een aantal gezinnen treft voor wie dit practisch niet op te brengen is. Enige recente uit spraken van de Hoge Raad hebben spreker in de mening versterkt, dat de destijds genomen beslissing onjuist is. Met de heer Dirven is spreker het eens, dat het niet van de betrokkenen moet afhangen of zij in de kosten gelijkelijk worden aangeslagen. Het lijkt spreker onjuist, dat binnen een bepaalde buurtschap door de bewoners nog sterk uiteenlopende bedragen voor de electrificatie moeten worden betaald. Het komt hem voor, dat het op de weg van de overheid ligt een solidariteitsbijdrage te vragen aan de bewoners van dezelfde buurtschap. Spreker had in een vorige vergadering begrepen, dat het college van burgemeester en wethouders er in toestemde een andere weg op te gaan. Echter schijnt hier een misverstand in het spel te zijn. Spreker zal het op prijs stellen, indien een uitspraak van de raad wordt uitgelokt over de betalingswijze bij deze electrificatie, zodat het college van burgemeester en wethouders en de gemeente lichtbedrijven weten wat de bedoeling van de Raad is. Wethouder VAN HOUTEN kan zich indenken, dat men een andere financieringsregeling wil treffen. In de vergadering van 13 Februari is echter geen beslissing door de Raad genomen. Toen is door een der raadsleden een verzoek gedaan, dat door spreker terstond aan de betrokken dienst is overgebracht. Indien de Raad thans een beslissing zou nemen in de financie ringswijze, dan Voorziet spreker moeilijkheden met de personen, die volgens de huidige regeling betalen. Bovendien steunt de huidige regeling op de betreffende raadsverordening, waarin is bepaald, dat de eerste 60.van de aansluiting voor rekening van de gemeente komen en dat het overige deel daarvan ten laste van de bewoners van de percelen wordt gebracht. In de stad geeft deze regeling geen moeilijkheden, hetgeen wel het geval is in de buitenwijken. Naar sprekers mening kan het ook onbillijk werken, wanneer in een be paald buurtschap enkele bewoners meer moeten betalen dan de kosten voor hun eigen aansluiting, ten behoeve van een ver verwij derd perceel. Het grootste deel van de electrificatieplannen is thans ten uitvoer gebracht. Ook uit dezen hoofde lijkt het spreker onjuist thans een andere financieringsregeling te gaan treffen. De heer BRINKERHOF zegt, dat over de onrendabele gebieden al heel wat gesproken is. De huidige regeling bevalt niet, maar ook tegen het voorstel van de heer Veldkamp heeft spreker bezwaren. Daarbij zou het mogelijk zijn, dat het gezin met het geringste in komen in een buurtschap belangrijk meer zou moeten betalen, dan thans het geval is. Spreker hoopt wel, dat Burgemeester en Wet houders deze zaak opnieuw zullen bezien. Persoonlijk stelt spreker zich op het standpunt, dat elke bewoner in de gemeente recht heeft op een aansluiting op het lichtnet. Een uitzondering moet natuurlijk gemaakt worden voor iemand die thans een huis zou bouwen midden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 202