N 29 APRIL 1952 235 vaste raadscommissie voor financiën in te stellen. Deze sugges tie argumenteert de heer Vermeulen met erop te wijzen, dat dan aan de begroting door deskundige leden nog meer aandacht zou worden besteed. Ook andere gemeenten zouden een verder strekkende methode Van onderzoek hebben. Spreker moet dat ten sterkste ontkennen. In even grote gemeenten als Breda wordt bij de begrotingsbehandeling hetzelfde systeem gevolgd. Eerst vindt het afdelingsonderzoek plaats, waarna de gemaak te op- en aanmerkingen door Burgemeester en Wethouders schriftelijk worden beantwoord. Daarna wordt bij de begrotings behandeling de begroting nog eens volledig doorgenomen. In andere gemeenten wordt na onderzoek de begroting direct vast gesteld; in deze gemeente is dat echter niet het geval. In geen enkele andere gemeente vindt een meer verstrekkend onderzoek plaats als in Breda. Het College kan dan ook niet met deze suggestie meegaan. Het kost thans reeds veel moeite de Raad tijdig de begroting aan te bieden en dit zou nog moeilijker wor den als er een financiële commissie was. De heer VERMEULEN slaagt er nu niet in een discussie te voeren. Spreker heeft zich alle moeiten getroost het een en ander zakelijk voor te bereiden. In feite heeft hij de onderwerpelijke posten reeds b'i de schriftelijke behandeling van de begroting bestreden. Hij wil echter eerst ingaan op de woorden van de heer Van Bijnen. Spreker is van deze woorden weinig wijzer geworden, daar de heer v. Bijnen hetzelfde heeft betoogd als hij. Sprekers hoofdbezwaar is, dat men lopende uitgaven voor een deel bestrijdt uit middelen, die op de ge wone dienst vermeld staan, doch die er in werkelijkheid niet zijn. Op deze wijze ziet men de vlottende schuld oplopen, zodat de begro ting het volgende jaar nog onevenwichtiger is. Het kernpunt van sprekers betoog is gelegen in het feit, dat het onjuist is het verschil tussen de renten van kapitaal en van vlottende schuld te gebruiken voor het doen van gewone uitgaven. Spreker/aal- zich echter hierbij /hoorloggon, ofschoon hi-j graag een-andere politiek had gezien/Baar^- om heeft hij van zijn opvatting, die afwijkt van die van de Voorzit ter, een voorstel gemaakt. Ofschoon er volgens de mededeling van Burgemeester en Wethouders een fout is gemaakt, komt er geen wijziging in de begrotingspositie Van de crediet- en voorschotbank. Naar zijn mening is het College niet op de hoogte van de betreffende bepaling van de verordening dezer bank, daar wel wijziging in de begrotingspositie ontstaat. Volgens de Voorzitter zou spreker heb ben gezegd, dat in enkele andere gemeenten bedoelde commissie voor financiën aanwezig is. Dat is onjuist. Door hem is slechts gevraagd of het geen aanbeveling verdient een dergelijke commssie in deze gemeente in te stellen. Ofschoon hij veel heeft gezegd is het geens zins zijn bedoeling de huidige wethouder van financiën dwars te zitten. Spreker wil niet ingaan op het verwijt na de begrotingsde batten op de begroting terug te komen door de onderwerpelijke zaken ter sprake te brengen. Deze insinuatie legt hij naast zich neer. Spreker verzoekt zijn voorstel in stemming te brengen. De heer TOXOPEUS heeft met aandacht geluisterd. Wat de heer Vermeulen heeft gezegd is geen Spaans. Al luisterende kreeg hij de indruk, dat deze gelijk heeft. Naar zijn mening heeft de heer Van Bijnen zich Vergist. De Raadsleden zitten hier echter zonder begro ting, zodat het onmogelijk is deze debatten geheel te volgen. Het is daarom vruchteloos thans te debatteren over onderwerpen, die op

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 235