24
16 JANUARI 1952
Arbeidersontwikkeling doen dit voor een bevolkingsgroep, die niet
financieel draagkrachtig is. Toch is het van groot belang, dat aan
deze bevolkingsgroep ook al kan zij zelf maar een bescheiden
bijdrage geven iets wordt geboden, dat op een cultureel verant
woord peil staat. Uit eigen ervaring kent spreker het nuttige werk
van het Instituut voor Arbeidersontwikkeling. Hij is het er wel mee
eens, dat de taak van de gemeente hier een aanvullende moet zijn.
Men zal er eerst in moeten slagen, rechtstreeks uit de gemeenschap
het grootste deel van het benodigde geld te krijgen, zodat de ge
meentelijke subsidie op de totale inkomsten een aanvullend karak
ter heeft.
De Commissie is niet kunnen komen tot het afgerond geheel van
de richtlijnen, welke bij de subsidieverlening in acht zouden kun
nen worden genomen. Spreker kan zich met de dienaangaande
aangegeven punten wel verenigen.
Met de heer Kramers is hij het eens, dat men geen subsidies
moet verlenen, waaraan de gemeente in latere jaren gebonden is.
Of in de toekomst een bepaalde subsidie verleend zal kunnen wor
den, zal o.m. afhanklijk zijn van het geheel van inkomsten en uit
gaven en het dient ter beslissing te staan van het dan verantwoor
delijke orgaan. De Provinciale Staten verlenen een subsidie dan
ook steeds onder het uitdrukkelijk voorbehoud, dat later hierin wij
ziging kan worden gebracht. Spreker acht uit dezen hoofde de sub
sidieverlening aan het Brabants Orkest, waarbij de gemeente zich
voor 12 jaar heeft vastgelegd, niet juist.
Concluderend merkt spreker op, dat hij er nog niet van over
tuigd is, dat een vaste subsidie-commissie welke alle subsidie
aanvragen moet beoordelen, levensvatbaarheid heeft. Hij zou,
gelijk het thans gebruikelijk is, de taak van bepaalde over
koepelende organen willen handhaven, omdat deze instanties het
meest deskundig zijn bij een beoordeling van een subsidie-aanvra
ge op hun gebied. Ook m het provinciaal bestuur kent men een
dergelijke figuur, waarbij een commissie voor het toneel binnen
zekere grenzen de sjrbsidie vaststelt voor de betreffende toneel
verenigingen, die irr de provincie werkzaam zijn.
De VOORZITTER schorst hierop de beraadslagingen.
De Secretaris,
De Voorzitter.