11 JUNI 1952
299
daad niet veel voor, maar het is toch zeer wel mogelijk, dat het zijn
nut oplevert.
De heer VAN SWOL acht het te prijzen, dat getracht wordt
werklozen werk te verschaffen, doch het object kan aanleiding tot
bespreking zijn. Hij is van mening dat men op een hellend vlak te
recht komt, wanneer op een feestterrein werklozen worden inge
schakeld, aangezien daarmede het principe in gevaar kan komen.
Men moet daarmee dus voorzichtig zijn. Spreker vraagt zich af,
welk soort van werk bedoelde personen moeten verrichten. Is hier
b.v. sprake van een rouleersysteem, zodat dag en nacht gewerkt
moet worden?
Indien dat zo is, dan zijn de lonen wel aan de zeer lage kant.
Spreker vraagt hoe de werkzaamheden zijn geregeld.
De heer JONGBLOED vindt het een vrij moeilijke zaak. Men moet
voorzichtig zijn met het kiezen der werkobjecten. Dit object was
ook wel aantrekkelijk om personen, die slechts een klein pensioen
genieten, iets te laten bijverdienen. Het is echter ook zeer aanlok
kelijk en verleidelijk, dat het Rijk 75% der kosten vergoedt. Het een
en ander doet spreker denken aan de boeren, die vroeger hun B.-
steun per auto gingen halen. Men komt snel in de verleiding te pluk
ken wat er te plukken is. Spreker wil echter aannemen, dat de ver
schillende naar voren gebrachte facetten door Burgemeester en
Wethouders in het oog gehouden zullen worden.
De heer VAN DEN EEDEN, tijdens de onderwerpelijke discussies
binnengekomen, zegt dat deze zaak is besproken in de Commissie
voor hoofd en handarbeiders. Hij kan de heren Jongbloed en van
Swol verzekeren, dat terdege wordt bezien of de objecten in het vrije
bedrijf kunnen worden uitgevoerd. Men beoogt objecten, die anders
niet uitgevoerd worden. Bovendien kunnen bedoelde personen op
deze wijze meer verdienen, dan ingevolge de steunregeling. De zaak
is door drie organisaties (K.A.B., C.N.V. en N.V.V.) bezien. Daarbij
is men tot de conclusie gekomen, dat bedoelde werkzaamheden als
werkobject uitgevoerd kunnen worden, omdat ze van korte duur zijn
en omdat de mensen, die toch niet in het vrije bedrijf geplaatst
zouden worden, op deze wijze iets kunnen „verdienen". Men ver
dient liever dan dat men ontvangt.
De VOORZITTER is verbaasd over de vraag van de heren Jong
bloed en van Swol. Bij de debatten over het Valkenberg is destijds
als eis gesteld zoveel mogelijk steuntrekkers in te schakelen. De
onderhavige objecten zijn hiervoor geschikt, terwijl het bovendien
toch juist is, dat bij het aantrekken van werkkrachten het eerst
naar de steuntrekkers wordt gekeken.
De heer JONGBLOED zal zich in dit geval maar weer met het
voorstel van Burgemeester en Wethouders verenigen.
De heer VAN SWOL zegt, dat wat thans D.U.W. is, vroeger Ned.
Heidemaatschappij was. De arbeiders hebben bij laatstgenoemde
maatschappij dingen ondervonden, die niet prettig waren. Hij meen
de zijn stem tegen het voorstel te moeten verheffen, aangezien hij
in eer en geweten verplicht is de nodige voorzichtigheid te betrach
ten en dus de nodige vragen te stellen.
Wethouder ROMSOM antwoordt, dat de onderhavige werkzaam
heden geen D.U.W. werkzaamheden zijn.