316 11 JUNI 1952 Hierin schuilt echter het gevaar, dat het geld reeds is uitgegeven lang voordat het is ontvangen. De VOORZITTER wil op de laatste woorden van de heer Jong bloed ingaan. Het zou juister zijn, als het bedrag, dat besteed moet worden, ligt boven het bedrag, nodig voor het levensonderhoud. De becijfering op het daarvoor bestemde formulier stelt Burgemeester en Wethouders echter daaromtrent gerust. Bij deze becijfering wordt bezien of b.v. de kinderbijslag wel geheel gemist kan worden. Is dat niet het geval dan wordt slechts een gedeelte ingehouden. Mejuffrouw KOPPELAAR heeft ook wel eens met bedoelde cre- dietverlening te maken. Wanneer een crediet wordt aangevraagd, is dat dan in het gezin aan beide partijen bekend? Zou het niet nuttig zijn bij bepaalde aanvragen huisbezoek te doen plaatsvinden? Op deze wijze is ook de echtgenote op de hoogte van de credieten, die door de echtgenoot zijn aangevraagd. Naar haar mening zou huis bezoek in verband met het onderling overleg tussen de echtgenoten van belang kunnen zijn. De VOORZITTER antwoordt, dat het wel eens voorkomt, dat de echtgenoot genoodzaakt is crediet aan te vragen, omdat de echtge note niet met geld kan omgaan, zodat de andere partij oorzaak is van de te grote uitgaven, die plaatsgevonden hebben. Zijn de inkom sten hoog genoeg dan wordt door persoonlijk contact de aanvrager daarop gewezen. Zonder verdere bespreking wordt het ontwerp-antwoord conform vastgesteld. 35. Het aangaan van een geldlening groot 396.000. Dienovereenkomstig wordt besloten. 36. Het aanwijzen voor plaatsvervangende leden voor Raadscom missies en het uitbreiden van het aantal leden voor diverse Raads commissies. De heer MINDERHOUD zegt, dat in het eerste gedeelte van het prae-advies gesproken wordt over het aanwijzen van plaatsvervan gende leden voor alle Raadscommissies, zoals in een vorige verga dering door de heer Veldkamp naar voren is gebracht. Daarbij wordt opgemerkt, dat alleen de commissie van georganiseerd over leg het systeem van plaatsvervangers kent. Spreker meent echter, dat dit systeem ook wel in andere commissies wordt toegepast. Ook hij heeft wel eens meegemaakt, dat een afwezig lid door een ander werd vervangen. De VOORZITTER antwoordt, dat dit éénmaal is voorgekomen. Het afwezige lid zag zich toen gaarne door een partijgenoot vervan gen. Deze gang van zaken is echter geen regel. De heer MINDERHOUD heeft bij de algemene beschouwingen over de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1952 gevraagd een lid van zijn groep (n.l. de fractie van de Prot. Christ, partijen en de fractie V.V.D. tezamen) in de diverse Raadscommissies zitting te doen nemen. De bedoeling hiervan was op deze wijze over de ver schillende vraagstukken meer voorlichting te verkrijgen, daar zijn groep ook reeds een Wethouder moet missen. Hij had gehoopt, dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 316