348
23 JULI 1952
37. Wijziging van de controleregeling op het geldelijk beheer en
de boekhouding van de ontvanger en andere comptabele ambte
naren.
De heer VERMEULEN vraagt of dit voorstel beschouwd kan
worden als de afdoening van een der suggesties door de commissie
van onderzoek naar de gemeenterekening enige tijd geleden gemaakt.
Is het de bedoeling, dat ook de andere suggesties ter gelegener tijd
in bepaalde voorstellen worden verwerkt, of is met dit voorstel deze
aangelegenheid voor burgemeester en wethouders verder afgedaan?
Wethouder MEIJS antwoordt, dat voor zover daartoe aanleiding
bestaat het college van Burgemeester en Wethouders nog nader
op de suggesties zal terugkomen.
De VOORZITTER merkt op, dat ook anderzijds steeds om inlich
tingen kan worden gevraagd voor zover wordt gemeend, dat niet
voldoende wordt tegemoetgekomen aan de commissoriale opmer
kingen.
Zonder verdere beraadslaging wordt overeenkomstig het
voorstel besloten.
38. Het aangaan ener geldlening, groot 2.000.000.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
39. Het aangaan van een geldlening, groot 60.000.
De VOORZITTER stelt mede aan de orde de beraadslaging over
punt 52 van de agenda inzake de beschikbaarstelling van een cre-
diet voor de verbouwing van het voormalig postkantoor te Princen-
hage ten behoeve van de lagere tuinbouwschool aldaar.
De heer MINDERHOUD vindt een bedrag van 60.000.voor
deze verbouwing wel erg veel. Spreker zou de waarde van het ge
bouw schatten op 15.000.- -. Hij meent, dat een behoorlijk nieuw
gebouw zou zijn op te trekken met de gelden van de onderhavige
lening, gevoegd bij een dergelijke verkoopsprijs.
Wethouder MEIJS zegt, dat bouwen tegenwoordig erg duur is.
Het gaat hier om ingrijpende wijzigingen en daarom is een bedrag
van 60.000.niet te hoog te achten.
De heer MINDERHOUD zegt, dat hij zich bij het voorstel zal
neerleggen, al blijft hij een verbouwing van 60.000.voor een
uitgewoond gebouw erg hoog vinden.
De heer JONGBLOED zegt aanvankelijk geen bezwaar te hebben
gemaakt, maar de opmerking van de heer Minderhoud komt hem
toch wel juist voor. Zouden Burgemeester en Wethouders deze zaak
nog eens willen bezien? Een voordeel van het voorstel is wel, dat
de bovenverdieping van het pand beschikbaar blijft als woning voor
het schoolhoofd.
Wethouder MEIJS wijst er op, dat de Bouwcommissie zich heeft
kunnen verenigen met het voorstel, dat eerst na een grondige voor
bereiding waartoe de gelegenheid bestond omdat de aanbouw
van het nieuwe postkantoor langer duurde dan aanvankelijk was