350
23 JULI 1952'
48. Uitkeringsverordening voor een deel van het gemeenteper-
soneel in geval van ontslag.
Wethouder ROMSOM deelt mede, dat bij een informeel voor
overleg met het Ministerie van Sociale Zaken gebleken is, dat er
enige bedenking bestaat tegen het huidige artikel 9 der verorde
ning, waarin het recht op kindertoelage wordt geregeld voor de
gene die een zg. A-uitkering genieten. Ten departemente acht men
het mogelijk, dat deze regeling op dit onderdeel minder gunstig zou
zijn dan de Werkloosheidswet, hetgeen niet toelaatbaar wordt ge
acht. Gemeend wordt, dat het geopperde bezwaar zal komen te ver
vallen, wanneer in genoemd artikel de woorden „ten minste een
derde deel" worden gelezen als „ten minste een vijfde deel".
Spreker stelt de raad voor dit amendement op de verordening te
aanvaarden.
Voorts bestaat de mogelijkheid, dat het wenselijk zal blijken om
enige redactionele wijzigingen op detailpunten in de verordening
aan te brengen om de goedkeuring, welke de minister van Sociale
Zaken aan de verordening moet hechten, bij voorbaat zeker te
stellen. Dit kan beoordeeld worden wanneer het Kon. Besluit, dat
een gelijke regeling biedt voor het rijkspersoneel zal zijn versche
nen, hetwelk in een van de komende dagen moet geschieden. Spre
ker verzoekt machtiging aan de raad voor het college van burge
meester en wethouders om deze redactionele wijziging aan te
brengen.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten met dien
verstande, dat in artikel 9 voor „tenminste een derde
deel" wordt gelezen „tenminste een vijfde deel", terwijl
machtiging wordt gegeven aan het college van burge
meester en wethouders, voor zover nodig, enige redac
tionele wijzigingen in de ontwerp-verordening aan te
brengen.
49. Wijziging van de tijdelijke regeling ziektekostenverzekering
gemeente-personeel.
50. Verhoging van de rentevoet van door de gemeente te ver
strekken hypothecaire geldleningen.
51. Overdracht van grond aan de Minister Nelissenstraat aan de
Stichting „Nutsschool Breda".
52. Verbouwing van het voormalig Postkantoor te Princenhage
t.b.v. de lagere Tuinbouwschool.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
53. Wethouder MEIJS zegt, dat er voor de Zusters van de Haag-
dijk, die een nieuw Moederhuis hebben gebouwd achter het Sint Ig-
natiusziekenhuis een moeilijkheid is ontstaan, omdat de straat
waaraan de hoofdingang is gelegen, nog geen naam heeft gekregen.
Overeenkomstig een suggestie van wijlen burgemeester Prinsen
stelt spreker namens het college voor deze straat de Mgr. Hop
mansstraat te noemen.
Aldus wordt besloten.
54. Wethouder MEIJS doet een mondeling voorstel tot het aan
gaan van een geldlening, groot 289.000.te sluiten bij de Bank
van Nederlandse Gemeenten, tegen een rentevoet van 4 met een
looptijd van 25 jaar, af te lossen in jaarlijkse annuïteiten. Ver-
