352
23 JULI 1952
lokaal benut kan worden door aan de openbare school ook het vak
handenarbeid te gaan geven. Wat de benoeming van een hoofd
van de school betreft, deze aangelegenheid komt vanzelf aan de
orde, omdat krachtens het besluit van de Raad het huidig hoofd
nog maar tot 1 Januari 1953 in dienst zal blijven.
De heer JONGBLOED vindt het jammer, dat er geen kleuterklas
kan komen. Hij vraagt of Burgemeester en Wethouders nog eens
alle mogelijkheden willen nagaan voor de inrichting van een kleu
terschool en eerst wanneer dit onmogelijk blijft, tot invoering
van de handenarbeid aan de lagere school over te gaan.
Wethouder MEIJS zegt dit toe.
De VOORZITTER deelt mede, dat antwoord kan worden gegeven
op een aantal vragen, in vorige vergaderingen gesteld.
Hij stelt de Raad voor, in het vervolg deze antwoorden steeds in
de leeskamer ter visie te leggen en in afschrift aan de leden van
de Raad te doen toekomen. Indien het antwoord op een bepaalde
vraag onbevredigend wordt geacht, kan daarop in een volgende
vergadering worden teruggekomen.
De RAAD verenigt zich met de voorgestelde wijze van
handelen.
Ter visie in de leeskamer zullen worden gelegd de navolgende
schriftelijke antwoorden:
Vraag: De heer VAN SWOL merkt op, dat op de veiling zoveel
groenten worden doorgedraaid. Hij verzoekt maatregelen te over
wegen ten einde te bereiken, dat de door te draaien groenten nog
op enigerlei wijze dienstbaar zouden kunnen worden gemaakt voor
de consumptie.
Antwoord: Door het Centraal Bureau van de Tuinbouwveilingen
wordt voor de meeste soorten groenten alsmede voof sommige soor
ten fruit een minimumprijsregeling uitgevoerd. Een dergelijke rege
ling houdt in, dat op de diverse tuinbouwveilingen minimumver
koopprijzen in acht moeten worden genomen. Producten, die niet
voor of boven deze minimumverkoopprijzen kunnen worden verkocht
draaien z.g. door. Indien deze producten van een voldoende goede
kwaliteit zijn, wordt hiervoor een vergoeding uit speciale fondsen
uitgekeerd. Deze fondsen worden gevormd door op de uitbetaling
van verkochte of doorgedraaide groenten aan telers een vast bedrag
per kg/sts in mindering te brengen. De hoogte van deze heffingen
wordt zodanig vastgesteld, dat er over het gehele land een som
wordt verkregen, welke groot genoeg is om de uitkeringen bij door
draai mogelijk te maken. Bij een normale gang van zaken is het
dus een financieel sluitend stelsel, dat door de tuinders zelf in stand
wordt gehouden.
De hoogte van de minimumverkoopprijzen wordt voor het gehele
land gelijk vastgesteld. Deze prijzen liggen steeds een belangrijk
stuk beneden de kostprijzen van de betreffende producten. Dit heeft
tot doel de consument in staat te stellen van de overproductie te
profiteren door zo laag mogelijke telersprijzen, terwijl anderzijds
dit systeem tot gevolg heeft, dat de telers zich sneller afwenden
van een teelt van producten, waarvan een overschot bestaat. Het
doel dat derhalve door dit systeem wordt nagestreefd is, met be-