17 SEPTEMBER 1952 387 16 April 1952 8 11 Juni 1952 18 29 April 1952 52 23 Juli 1952 27 23 Juli 1952 22 16 Januari 1952 10 20 Aug. 1952, G. nr. 33717/ 33718 H 20 Aug. 1952, G. nr. 37890 H 20 Aug. 1952, G. nr. 34767 H 27 Aug. 1952, G. nr. 39366 27 Aug. 1952, G. nr. 39360 27 Aug. 1952, G. nr. 27502 H Datum besluit B. en W.Agendanr.Besluit Gedeputeerde Staten 6 Juni 1952 3163 20 Aug. 1952, G. nr. 39312 11 Juli 1952 3162 20 Aug. 1952, G. nr. 39116 Deze stukken worden voor kennisgeving aangenomen. Ingekomen stukken. De heer VERMEULEN zegt, dat de brief van de Directeur van het Slachthuis niet op de agenda staat, terwijl deze toch bij de ingekomen stukken ter visie is gelegd. Het verwondert hem, dat deze brief bij de stukken lag zonder enig commentaar. Het Ópen- baar Slachthuis had bij de begroting een winst van 3000.terwijl er nu een tekort van 35.000.is ontstaan door overschrijding van geraamde posten; een verschil derhalve van ƒ38.000.--. Door goed keuring achteraf tast men in ernstige mate het budgetrecht van de raad aan. Het Slachthuis is toch een Nutsbedrijf. Men had op een en ander sneller moeten reageren en maatregelen moeten nemen om het verlies te voorkomen. De post „onderhoud" is belangrijk overschreden. Op deze begrotingspost is voor de revisie van een wagen, die in 1938 reeds is aangeschaft, een bedrag van 3.000. uitgegeven. Spreker acht deze uitgave voor een 15-jaar oude wagen niet verantwoord. Het wagenpark is reeds lang afgeschreven. Het was beter geweest, dat via de kapitaalsdienst een nieuwe wagen was aangeschaft. Hij hoopt, dat het onderhavige geval een uitzon deringsgeval zal zijn en hij vraagt of er in de toekomst scherper op zal worden toegezien, dat geen begrotingsposten zullen worden overschreden. Hij vraagt verder om de raad tijdig in te schakelen door middel van een begrotingswijziging. Wethouder VAN HAPEREN zegt, dat hij de laatste zal zijn, die het de heer Vermeulen kwalijk zal nemen, dat hij over, deze aan gelegenheid op- of aanmerkingen maakt. Destijds is door de heer Jongbloed een nadere verklaring gevraagd voor het tekort van 35.000.Deze verklaring is nu door de ter inzage gelegde brief van de Directeur van het Slachthuis duidelijk gegeven. Burgemees ter en Wethouders hebben geen geheimen en de raad heeft het recht volledig te worden ingelicht. Volgens de heer Vermeulen had bij het stuk een aanvulling van de wethouder moeten zijn. Spreker achtte dit niet nodig, omdat de brief van de directeur van het Slachthuis de zaak volledig en duidelijk weergeeft. In de posten van het Openbaar Slachthuis kunnen soms zeer grote schommelin gen voorkomen. Bij andere diensten is dit niet zo het geval. Zo is in de jaren 19301940 een winst gemaakt van totaal 180.000. terwijl in de jaren 19401950 daarentegen 170.000.verlies is geleden. Spreker geeft toe, dat een en ander niet had moeten voor komen en zegt, dat iets dergelijks hem in de toekomst niet meer zal ontgaan. In het eerste halfjaar 1952 zijn de uitgaven binnen het raam der begroting gebleven. I-Iij zegt toe deze zaak in de toekomst meer dan normaal te zullen bekijken. De heer VERMEULEN zegt accoord te gaan met de toezegging van wethouder Van Haperen, dat hij meer dan normaal zijn aan dacht zal schenken aan het Openbaar Slachthuis.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 387