17 SEPTEMBER 1952
407
53. Voorstel inzake de verordening ex. artikel 11, 2e lid der
Winkelsluitingswet 1951.
De heer KRAMERS betreurt het, dat door de Minister van Econo
mische Zaken bezwaren zijn gemaakt tegen de voorgestelde Zon
dagssluiting. Hij vraagt de mogelijkheid te overwegen of Breda niet
is te rangschikken onder seizoenplaatsen.
De VOORZITTER zegt, dat hieromtrent al pogingen in 't werk zijn
gesteld, doch zonder resultaat.
De heer WEZENBEEK vraagt of 't niet mogelijk is, dat in de ver
ordening een bepaling wordt opgenomen, waarbij de koper die na
sluitingstijd koopt, strafbaar wordt gesteld. Een dergelijke bepaling
is ook opgenomen in de winkelsluitingsverordening van de gemeente
's Hertogenbosch.
De VOORZITTER zegt, dat het niet verstandig is een dergelijke
bepaling in de verordening op te nemen.
De heer MINDERHOUD vraagt naar aanleiding van de bepaling,
dat in kerkdorpen winkels van 812 uur open mogen zijn, hoever het
kerkdorp Princenhage zich uitstrekt.
De VOORZITTER zegt, dat dit ter beoordeling staat van Burge
meester en Wethouders. Er staat in de verordening „gelegen in de
onmiddellijke nabijheid van de kerk".
De heer JONGBLOED vraagt of de kerken in de verordening wor
den aangewezen.
De VOORZITTER bevestigt dit.
De heer BRINKERHOF vraagt of Ginneken een kerkdorp is.
De VOORZITTER ontkent dit.
Conform voorstel wordt besloten.
54. Voorstel tot het besehikbaarstellen van een aanvullend crediet
voor de verbetering van enige kamers van het gemeentehuis.
De heer BRINKERHOF heeft een bemerking met betrekking tot
de raming voor het wegbreken van de schoorstenen. Men heeft geen
rekening gehouden met wat boven de schoorstenen stond. Iedere
timmerman had kunnen weten wat er boven de schoorstenen stond.
De raming is niet erg deskundig geweest.
De VOORZITTER deelt mede, dat men dit al vroeger had moeten
zien bij het wegbreken van de schoorstenen op de begane grond.
Conform voorstel wordt besloten.
55. Crediet voor de uitbetaling van salarissen aan het
politiepersoneel.
De VOORZITTER deelt mede, dat het nodig is, dat voor de uit
betaling van politie-salarissen een aanvullend crediet van 10.000,