420 15 OCTOBER 1952 anders moet men buitenom lopen om de bergruimte te bereiken. Volgens Zr Koppelaar moeten deze ruimten als woonruimten worden besteed. Dit geldt dan volgens spreker alleen voor de benedenbe- woners. Daar komt echter nog bij dat er geen plaats is om de schuurtjes in de tuin weg te zetten. Overigens is het geen nieuws dat men berg ruimte in de woning aantreft; dit vindt men ook in de woningen aan de J. W. Frisolaan. Spreker zegt zich met het voorstel te kun nen verenigen. De heer BRINKERHOF merkt als lid van de bouwcommissie op, dat indien in de bouwcommissie geen overeenstemming wordt be reikt, ieder lid van de commissie in de raadsvergadering het recht heeft om zijn standpunt nader te bepalen. Het type A heeft spreker geaccepteerd, omdat er geen betere oplossing mogelijk was. Het type C vindt hij echter ook geen prachtige oplossing. Nu de toegang aan de achterzijde niet wordt afgesloten zal men op het parterre een smeerboel krijgen van de fietsen, die men in de berg ruimten zal wegzetten. Bij nader inzien had men beter een sous- terrain kunnen bouwen, dan had men met weinig meerdere kosten een woning meer gekregen. Hij vindt dat de dienst van Openbare Werken niet gelukkig is geweest met dit soort woningen te ont werpen. Wethouder VAN HOUTEN zegt, dat de plannen tweemaal in de bouwcommissie zijn besproken. De eerste maal heeft de commissie zich geheel bij het ontwerp ten aanzien van de 135 woningen neer gelegd. Ten aanzien van het type C in de Belcrum bleef echter be zwaar bestaan. In de Belcrum was het nu eenmaal niet mogelijk, dat de schuurtjes in de tuin werden geprojecteerd. Na rijp beraad hebben Zr Koppelaar en de heer Koertshuis in de bouwcommissie hun bezwaar tegen dit type woningen gehandhaafd, terwijl de heer Brinkerhof een achteruitgang voorstelde. Het college meende dit voorstel te moeten overnemen aangezien anders het bouwplan niet te verwezenlijken zou zijn. Het is nu dus mogelijk de bergruimten langs de voorkant en langs de achterzijde binnen te komen. Overi gens moet bij ieder bouwplan naar de financiële opbrengst worden gekeken. Als het mogelijk was zouden er in Breda allemaal eenge zinswoningen worden gebouwd. Bij woningen met een sous-terrain komt de huur veel hoger te liggen. Het lijkt spreker onmogelijk in de gegeven omstandigheden andere plannen te ontwerpen. De heer KOERTSHUIS' zegt, dat in de bouwcommissie Zr Koppe laar en hij zich op het standpunt stelden geen bergruimten in de woningen. Ook de heer Mol was hiertegen, terwijl de heer Brinkerhof zich schoorvoetend bij de plannen neerlegde en met het voorstel van een achteruitgang kwam. Spreker meende mitsdien dat de bouw commissie niet de meerderheid had. Hij blijft bij zijn eerst ingenomen standpunt en vraagt Burgemeester en Wethouders het voorstel be treffende deze woningen te willen terugnemen. De heer BRINKERHOF zegt dat het volkomen waar is wat de wethouder naar voren heeft gebracht. Hij heeft zich inderdaad schoorvoetend bij deze plannen met betrekking tot de bergruimten neergelegd. Na de vergadering is bij spreker echter een ander idee naar voren gekomen. Hij heeft zich afgevraagd of hier evenals in het Heuvelkwartier geen sousterrains kunnen worden gebouwd. De

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 420