424
15 OCTOBER 1952
hebben bewezen, dat gij capaciteiten bezit die de middelmaat verre
overschrijden. Uw vertrek is voor de gemeenteraad een verlies, voor
de stad kan het een winst betekenen. Uw hoge plaats zal U in staat
stellen grote en belangrijke landsbelangen te behartigen. En al zijt
gij niet geroepen om speciale Bredase belangen' te verdedigen, toch
zijn wij er trots op dat onze stad U, staatssecretaris, mag huisvesten.
Wij zijn blij dat U dichtbij blijft. Wij zullen daar geen misbruik
maar mogelijk wel gebruik van maken. Ik stel er prijs op U geluk
te mogen wensen en U ook te mogen danken voor al datgene wat
gij welwillend voor de stad gedaan hebt.
In deze dank betrek ik tevens uwe echtgenote, die U zo vele
uren voor het gemeentebelang heeft moeten afstaan. Het moge U
in uw nieuwe functie wel gaan en Gods zegen moge U vergezellen.
De heer STUBENROUCH zegt:
Excellentie,
Het doet vreemd aan dit woord te gebruiken voor iemand, die
reeds meerdere jaren een der onzen is geweest en van wie wij zo
veel samenwerking en vriendschap mochten ondervinden. De be
vreemding verdwijnt echter, wanneer wij constateren dat „excello"
groeien uit" betekent en concreet toegepast „groeien uit de ge
meenschap, boven de gemeenschap maar ook ten bate van de ge
meenschap, die wij ons vaderland noemen". Past deze titel nu aan
de hoge functionaris in ons midden?
Uw uitgesproken deskundigheid, zowel theoretisch als practisch,
die enigszins beangstigt vanwege uw jonge jaren, uw grote zin
voor realiteit ieder kan bij U aankloppen en vindt gehoor; hier
van getuigen ook uw vele maatschappelijke functies het élan,
waarmede U zich, als fractie-voorzitter, op de Bredase problemen
hebt geworpen, alsmede uw principiële stellingname in de proble
men die zich voordeden, geven ons de overtuiging dat de titel ex
cellentie bij U op zijn plaats is en bijgevolg het hoge ambt, waar
deze titel aan vast zit bij U in goede handen is.
Het stemt mij daarom tot grote vreugde de tolk te mogen zijn
van de mede-leden van de gemeenteraad om U oprecht te danken
voor uw werkzaamheden hier verricht en voor de samenwerking
die wij van U mochten ondervinden. Ik wens U van harte geluk met
uw hoge uitverkiezing waarin ik ook uw echtgenote wil laten delen.
Bij alle weemoed van een afscheid zijn echter ook deze lichtpun
ten. U blijft in onze stad, in uw eigen omgeving, zodat de contac
ten bestendigd kunnen blijven.
Mag ik U tenslotte namens de gehele raad uit erkentelijkheid
deze complete boekenserie aanbieden.
Dr Veldkamp, moogt gij onder Godes zegen excelleren in uw ambt.
De heer JONGBLOED zegt:
Excellentie,
Ik sluit mij gaarne aan bij de woorden van de heer Stubenrouch.
Meermalen hebben wij de degens met elkaar gekruist. Dit heeft
echter nimmer kwaad bloed gezet. Wij hebben elkaar daardoor
steeds meer leren waarderen. Ik wens U, Dr Veldkamp, nogmaals
geluk en dank U voor de prettige samenwerking.