15 OCTOBER 1952 441 zullen worden overgebracht. Overigens is het niet juist, het te doen voorkomen alsof de gemeente niet voldoende gedaan heeft voor het woonwagenkamp. Wanneer men in andere gemeenten kijkt, ook naburige, dan valt het verschil op. Spreker kan wel toegeven, dat de keuze van het terrein aan de Terheijdenseweg uiteindelijk geble ken is niet erg gelukkig te zijn geweest. Het komt spreker voor, dat op vrij eenvoudige wijze voor een afwatering van het terrein is te zorgen en hij adviseert, dit door de dienst van Openbare Werken of de gemeente-reiniging te laten nagaan. De heer MINDERHOUD informeert of dit kamp niet is gepro jecteerd op het militair oefenterrein. De heer TOXOPEUS sluit zich aan bij het betoog van de heren Braakhuis en Jongbloed en wacht met belangstelling het antwoord van het college van B. en W. af. De heer VAN DEN EEDEN vraagt bij niet-betaling steeds te doen nagaan of er sprake is van onwil dan wel van onmacht. De heer BRINKERHOF merkt op, dat er op het terrein aan de Galderse Heide nog geen enkele voorziening is getroffen, ook niet voor water e.d. Wethouder MEIJS heeft zich over enkele opmerkingen verwon derd. De raad heeft destijds uitdrukkelijk besloten dat het ver hoogde staangeld van de periode Augustus 1951 tot April 1952, dat toen achterstallig was, alsnog moet worden ingevorderd. Herhaal delijk is om deze verhoging bij de woonwagenbewoners gevraagd, doch het achterstallige is nog steeds niet aangezuiverd. Het is onjuist om van deze aangelegenheid een drama te willen maken, wel moet spreker er op wijzen, dat het niet de bedoeling is om in het kosteloze kamp enige voorziening te treffen: daarom trent hoeft men zich geen enkele illusie te maken. Uiteraard zullen de bewoners in de gelegenheid worden gesteld het achterstallige staangeld op een soepele wijze in te lopen. De VOORZITTER merkt nog op, dat de verlenging van de pacht van het oefenterrein aan de militaire autoriteiten nog niet is ge regeld, hangende de beslissing of het aangegeven lapje grond van dit oefenterrein zal worden afgenomen voor een kosteloos woon wagenkamp. Wethouder MEIJS zegt nog, dat op korte termijn zal worden on derzocht of er nog enige verbetering aan het woonwagenkamp aan de Terheijdenseweg kan plaats vinden. Zonder verdere beraadslaging wordt overeenkomstig het voorstel besloten, met dien verstande, dat Mej. Koppe laar wordt geacht te hebben tegengestemd. 58. Diverse ingekomen stukken. De stukken onder a t/m z worden om prae-advies in handen ge steld van Burgemeester en Wethouders. De stukken Aa en Ab wor den voor kennisgeving aangenomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 441