17 JANUARI 1952 Tegenwoordig: Mevr. E. M. SLOTPLATTEL, Mej. J. P. KOP PELAAR en de heren: G. J. BRAAKHUIS, A. C. A. BREKEL- MANS, J. D. F. BRINKERHOF, J. M. VAN BIJNEN, H. J. C. COSIJN, A. C. DIRVEN, Mr B. W. M. DRION, Dr L. VAN EGE- RAAT, A. J. J. VAN GILS, N. W. C. VAN GISBERGEN, A. VAN HAPEREN, H. J. VAN HOUTEN, Mr J. P. HUSTINX, A. JONG BLOED, J. J. KAMPHUIJS, L. J. F. KOERTSHUIS, D. J. A. KRAMERS, J. A. MEIJS, G. MINDERHOUD, F. P. VAN DE NOORT, C. PEETERS, A. J. A. RATTINK, A. P. ROMSOM, C. A. M. DE ROOS, Drs G. C. STUBENROUCH, C. A. H. VAN SWOL, Mr E. H. TOXOPEUS, Dr G. M. J. VELDKAMP, Drs O. G. E. M. VERHAAK, J. F. V. VERMEULEN, J. VERSCHUREN, A. J. WEZENBEEK. Afwezig: de heren J. VAN KAMPEN, C. VAN DEN EEDEN en F. H. M. MOL. Voorzitter: de heer J. A. MEIJS (loco-burgemeester). Secretaris: de heer Mr J. J. G. M. WALENKAMP (waarn.). De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit, waarvan de tekst is opgenomen in art. 8a van het Reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad. Bericht van verhindering is binnengekomen van de heren: J. VAN KAMPEN en C. VAN DEN EEDEN. De VOORZITTER stelt aan de orde de voortzetting van de be handeling van de gemeente-begroting over het dienstjaar 1952. De VOORZITTER wil met een enkel woord terugkomen op de algemene beschouwingen, die bij monde van de fractie-voorzitters zijn gehouden en waarbij zowel woorden van critiek als van waar dering zijn geuit. Allereerst wil hij de fractievoorzitters danken voor de woorden van erkentelijkheid, gericht aan het adres van het College. Als vanzelfsprekend is in deze lof ook de Burgemeester betrokken. Ook het College meent, dat juist deze een bijzonder woord van lof ver dient voor diens stimulerende activiteit, zodat het zich in deze gaarne bij de woorden van de fractievoorzitters aansluit. Het Col lege hoopt, dat 's Burgemeesters voorzichtigheid eerlang een weder volledige waarneming van zijn taak tot gevolg zal hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 49