502
17 DECEMBER 1952
hieruit te mogen concluderen ten aanzien van de kindertoelage
waarover wij hier spreken, dat:
1. verandering rijkszaak is;
2. wordt het schoolgeld afgeschaft, dan komt in de kindertoelage
geen verandering.
Hoewel ik de moeilijkheden van het grote gezin en de gezinnen
van de ambtenaren in het algemeen geenszins onderschat en zeer
zeker bereid ben tot tegemoetkoming, kan ik desondanks op gron
den welke ik hierv'oren gaf, met de voorliggende regeling niet in
stemmen.
De heer TOXOPEUS is net in grote lijn met de heer Rattink
eens en kan diens argumentatie onderschrijven. Deze heeft ook ge
sproken over de Commissie gezinslasten, welke commissie sinds
geruime tijd niet meer bij elkaar is geweest. In het centraal rap
port zijn terzake vragen gesteld; spreker had zich voorgenomen bij
de begrotingsbehandeling daarop nog terug te komen. Ofschoon
spreker en ook de heer Vermeulen met een zeker voorbehoud
tot de commissie waren toegetreden, hebben zij toch met veel ge
noegen en animo aan de besprekingen deelgenomen. Ook hij meent,
dat het voorliggende onderwerp in deze commissie besproken moet
worden en stelt daarom voor over dit voorstel eerst het gevoelen
van de genoemde commissie in te winnen.
De heer VAN DEN EEDEN merkt op, dat dit voorstel door de
overgrote meerderheid van de commissie van georganiseerd over
leg is aanvaard, ofschoon deze indien zulks mogelijk was ge
weest liever een verdergaand voorstel had gezien. Hij is het niet
eens met de heer Toxopeus die de zaak naar de Commissie gezins
lasten wil verwijzen. Deze commissie is met haai* rapport nog niet
gereed gekomen. Indien nu Burgemeester en Wethouders zelf met
een voorstel bij de Raad komen, kan zulks alleen worden toege
juicht.
Over de progressie in de wettelijke kinderbijslag wordt inderdaad
op landelijk niveau overleg gepleegd. Indien echter het hoger orgaan
niet met een regeling komt, is het nog niet onjuist te noemen, wan
neer de gemeenteraad zich niet onthoudt om een regeling te tref
fen op een gebied, waar zij bevoegd is. Hier ligt voor de autonome
lagere organen een eigen taak.
Ofschoon niet geheel voldaan, heeft spreker zich over dit voorstel
van Burgemeester en Wethouders toch wel Verheugd.
De heer VERMEULEN ondersteunt het voorstel van de heer
Toxopeus. Hij kan zich niet verenigen met de gedachtegang van de
heer Van den Eeden, die meent, dat deze aangelegenheid niet in de
Commissie gezinslasten had moeten komen. Men loopt hier inder
daad vooruit op de conclusies van deze commissie., Indien deze tot
het inzicht zou komen, dat er geen aanleiding voor de gemeente
bestaat om terzake een regeling te treffen, zou een onjuiste situatie
ontstaan, wanneer de raad inmiddels toch reeds voor een bepaalde
categorie een voorziening had getroffen. Spreker zou het betreuren,
wanneer in deze toch zo belangrijke zaak zuiver politieke motieven
een hoofdrol zouden gaan spelen.
Wethouder ROMSOM is blij, dat de heer Rattink de progressiviteit
in de kinderbijslag als juist aanvaardt en dat hij bereid is het grote
