512 17 DECEMBER 1952 worden, liet woonwagenliefdewerk kreeg een behoorlijk subsidie, door B.. en W. werd een commissie ingesteld tot onderzoek naar de situatie, rond de krotwoningen. Bij dit alles dient als leidraad te dienen de behartiging van de geestelijke volksgezondheid in de ruimste zin des woords. Wanneer voorstellen inzake de financiering van het sociaal charitatief werk in het algemeen en in de sectoren de Raad bereiken, zal wederom een belangrijke zaak haar beslag kunnen krijgen, waarop reeds meerdere malen van K.V.P.-zijde was geattendeerd. Wel vraag ik mij af, Mijnheer de Voorzitter, wat de reden mag zijn van het uitblijven van een rapport van de commissie ter be studering van de positie der grote gezinnen. Het zou onze fractie welkom zijn ook dit rapport spoedig te mogen ontvangen, opdat voor zover mogelijk de lasten van de grote gezinnen verlicht kunnen worden. Tot besluit zou ik enige woorden willen wijden aan belangrijke zaken op het gebied van Onderwijs en Cultuur. Zeer zeker zal de Middelbare Technische School, die vorige maand geopend werd een feit, dat door zeer velen met grote instemming begroet werd er toe bijdragen, dat het klimaat voor industrialisatie gunstiger wordt. Hiermede is eng verbonden de situatie rond het ambachts- onderwijs. Bij enkele gelegenheden werden credieten verleend voor kleinere uitbreidingen, maar de vraag rijst of de grote afme tingen, die de bestaande school genomen heeft, niet aanleiding dienen te zijn de bouw van een tweede ambachtsschool te bevor deren. Deze bouw is m.i. noodzakelijk en de te bouwen nieuwe am bachtsschool zal een bijzondere R.K. school dienen te worden. Dit wordt gewettigd door het grote aantal katholieke jonge mensen, dat hier hun opleiding tot volwaardige krachten in het arbeids proces hoop te krijgen, maar bovendien recht heeft op een met die opleiding' gepaard gaande opvoeding naar de beginselen van hun ouders. Wij zouden het op prijs stellen binnenkort een urgentieverkla ring voor een tweede ambachtsschool te kunnen afgeven. Wat de in het afgelopen jaar gecreëerde Gemeentelijke Sport stichting betreft, zou ik U, Mijnheer de Voorzitter, willen mede delen, dat onze fractie met belangstelling uitziet naar resultaten van studieobjecten. Zonder vooruit te willen lopen op eventueel in te dienen voorstellen wil ik wel verklaren, dat in onze fractie de behoefte aan een stadion of wat daarmee gelijk mag staan niet be paald gevoeld wordt. Veeleer dient de mogelijkheid tot gedecen traliseerde actieve sportbeoefening groter gemaakt te worden, waarbij ik in overweging zou willen geven om te bezien of, in na volging van wat reeds in andere gemeenten gebeurd is, de moge lijkheid bestaat om bepaalde zaken te combineren, met name te bezien de mogelijkheid om de bij de sportterreinen te bouwen kleed lokalen een dergelijke vorm te geven, dat zij ook voor andere spor tieve en culturele doeleinden gebruikt kunnen worden, een en an der ter stimulering van een actieve jeugdpolitiek, waarvan vorm en inhoud uiteraard dienen uit te gaan van het particulier initiatief. In het antwoord van Burgemeester en Wethouders op het Cen traal rapport staat te lezen, dat ten aanzien van het familiebad van! Uw college geen nieuw voorstel te verwachten is en dat verder initiatief door de Raad genomen moet worden. Dienaangaande wil ik U de volgende verklaring afleggen. De fractie van de K.V.P. heeft het beraad over deze kwestie afgesloten en is eenstemmig tot de conclusie gekomen, dat er geen aanleiding bestaat er aan mede te werken, dat hier en nu enige vorm van gemengd zwemmen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 512