536
17 DECEMBER 1952
Met de door de heer Toxopeus gemaakte opmerking ten aan
zien van de aankoop van enige complexen ten behoeve van de
brandweer is het spreker niet eens. De heer Toxopeus ziet het
verkeerd. De gebouwen zijn niet aangekocht met het doel deze
voor brandweerkazerne te bestemmen. De omstandigheden maak
ten het noodzakelijk dat bedoelde complexen werden gekocht.
Daarna pas werd de mening geuit of de gebouwen voor brand
weerkazerne zouden kunnen worden gebruikt. Het bleek echter
dat deze daarvoor niet geschikt waren. Ook het pand Vriens is
niet aangekocht voor brandweerkazerne. Dit pand is aangekocht
om het Valkenberg te kunnen behouden. Destijds is dit voorstel,
zij het met bloedend hart, door de raad geaccepteerd omdat het
Valkenberg niet gaarne zou worden gemist.
Wethouder VAN HAPEREN zegt na de uitvoerige woorden
van de voorzitter en wethouder Meijs kort te kunnen zijn. Spre
ker zou misschien niets gezegd hebben, ware het niet dat dit de
laatste begrotingsvergadering van de raad is die hij meemaakt.
De dank die de fractie-voorzitters aan het college van burgemees
ter en wethouders hebben gebracht wil hij terugkaatsen op de
raadsleden voor de prettige samenwerking die hij steeds heeft mo
gen ondervinden. Het is 12 jaar geleden dat hij voor het eerst
in de Bredase raad verscheen. Als wethouder werden hem de
diensten van de reiniging, van beplantingen en van het slachthuis
toegewezen, terwijl hij ook met land- en tuinbouwaangelegenheden
werd belast. Tijdens de oorlogsjaren werd hem de opdracht ver
strekt voor de voedselvoorziening van de stad te zorgen. Hij
1 leeft toen getracht zich zoveel mogelijk voor de Bredase burgerij
verdienstelijk te maken: hij heeft toen het vertrouwen van de
mensen gehad.
Van de 37 raadsleden waren aanvankelijk 4 agrariërs. De heer
Schijen en onlangs de heer Dirven heeft hij moeten missen, zodat
nu nog slechts 2 agrariërs in de raad zitting hebben. Dat hij
wethouder is geworden getuigt van een vertrouwen dat de raad
aan de kleine land- en tuinbouwsector heeft geschonken. Spreker
dankt de raad voor dit vertrouwen. Hij zegt naar beste weten
zo veel mogelijk voor de tuinbouwers te zijn opgekomen en hij
hoopt dat ook in de toekomst met de tuinbouwbelangen zal wor
den rekening gehouden.
Naar aanleiding van de opmerking van de heer Stubenrouch
dat het plan van de 50 ha te laat is gekomen, deelt spreker mede,
dat al jaren lang in het college over deze aangelegenheid is ge
sproken, doch dat, wanneer burgemeester en wethouders vroe
ger met dit plan waren gekomen, het er vast en zeker niet was
doorgekomen. Voorlopig zullen 25 ha worden opgehoogd waar
door cultuurgrond wordt verkregen.
Spreker dankt nogmaals voor het vertrouwen dat hem is ge
schonken en hij hoopt dat de raad tot in lengte van dagen zal
werken aan het heil van de stad.
Wethouder VAN HOUTEN zegt de woningbouwpolitiek en het
beleid ten aanzien van de bouwverenigingen bij hoofdstuk V te
zullen behandelen. Hij is het volkomen met wethouder Van Ha
peren eens dat het plan ten aanzien Van de industrieterreinen
eerst nu misschien verwezenlijkt kan worden, nu het plan gebracht
is in de werkverruimingspolitiek. Voor de grote werken is
f 6.000.000.uitgetrokken. Deze kunnen echter niet uitgevoerd
worden als er geen hulp van hogerhand geboden wordt.