564 18 DECEMBER 1952 de vraag over een kampeercentrum de juiste ligging in de gemeente Oosterhout was omschreven. Hieruit had spreker dan kunnen af leiden of de gemeente Breda met dit centrum was gebaat. De heer JONGBLOED meent dat voor aanschaffing en onder houd van reddingsmateriaal bij bruggen geen bedrag op de begro ting is uitgetrokken. Spreker zag gaarne de begroting op dit punt gewijzigd. De heer KAMPHUIJS wenst niet meer op het familiebad terug te komen, nu door de K.V.P. bij de algemene beschouwingen de onderhandelingen zijn afgehakt. Wel zou spreker de Voorzitter willen verzoeken bij de beoordeling van de kleding, zoals door de heer Braakhuis besproken, de nodige soepelheid te betrachten. Spreker wijst vervolgens op het antwoord op het Centraal Rap port bladzijde 14 waar gezegd wordt, dat men tevreden moet zijn indien een politie-agent de Nederlandse taal in woord en ge schrift volkomen beheerst en dat niet verwacht mag worden, dat daarnaast nog de meest gevraagde inlichting in vreemde talen ge geven kunnen worden. Burgemeester en Wethouders zijn van oor deel, dat hiervoor een middelbare schoolopleiding nodig is, waar mede het salaris niet evenredig is. Spreker vestigt echter de aan dacht van het college op grotere steden zoals Rotterdam, Amster dam en Eindhoven, waar verschillende agenten een vreemde taal spreken. Deze agenten kunnen vreemdelingen eenvoudige inlichtin gen in hun landstaal geven en hiervoor is geen middelbaar onder wijs nodig. Spreker verzoekt het college hierover contact op te nemen met de Commissaris van Politie. De heer KOERTSHUIS zegt, dat de agenten van politie meer liefhebberij tot het leren van vreemde talen zullen tonen indien zij de studiekosten vergoed zouden krijgen. De gemeente beschikt reeds over een dergelijke regeling voor de ambtenaren. Wellicht ware deze regeling ook voor het lagere politiepersoneel van toepassing te verklaren. De heer MINDERHOUD vraagt de aandacht van de politie voor het plaatsen van auto's op het trottoir. Dit euvel komt tegenwoor dig veelvuldig voor, vooral bij avond. Na 24 uur indien de straat verlichting maar gedeeltelijk brandt, is dit erg gevaarlijk. Ook blij ven autos' 's nachts onverlicht op straat staan. Spreker vraagt hiertegen op te treden. Ook het rijden per rijwiel op de trottoirs, merkt spreker op, neemt omvangrijke vormen aan. Speciaal de jeugd bezondigt zich hiertegen. Streng optreden tegen de overtreders is naar de mening van spreker zeer gewenst. De heer JONGBLOED heeft in het algemeen respect voor de politie voor de wijze waarop zij het verkeersprobleem oplost. In het centrum van de stad zijn echter te weinig parkeerplaatsen. Spreker vraagt een behoorlijke regeling te treffen voor wat het parkeren van auto's in de binnenstad betreft. De gedempte haven zou voor parkeerplaats uitermate geschikt zijn, doch dit is nog toekomstmuziek. Over het plaatsen van auto's op trottoirs wil spreker de heer Minderhoud nog opmerken, dat men dikwijls rekening moet houden met de geringe breedte van de rijweg.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 564