17 JANUARI 1952
59
zoek van het bestuur van de R.K. Meisjesschool aan de Ooster-
houtseweg 3 om gelden voor de aanleg van een centrale verwar
ming. Hiertegen was bijna de gehele fractie van de P. v. d. A. in
het geweer.
Tegen het d.d. 14 Nov. genomen besluit tot vergoeding van grond
benodigd voor de in 1930 gebouwde R.K. Jongensschool aan de
Oosterhoutseweg 32, is door de meerderheid van de fractie van de
P. v. d. A. beroep aangetekend bij de Kroon. Waarom is zulks ge
schied? Hierdoor werd de goede trouw van deze onderwijsinstelling
in twijfel getrokken.
In de raadsvergadering van 14 Dec. is bij de behandeling van
het verzoek van het bestuur der R.K. Jongensschool aan de Baro
nielaan om gelden voor de bouw van een rijwielbergplaats door de
heer Rattink verzocht de schoolbesturen op zelfbeperking te at
tenderen, alsof de besturen dat zelf van meet af aan niet aanvoe
len en alsof goede trouw niet aanwezig is.
De heer Jongbloed heeft echter verzekerd dat het niet de be
doeling was het bijzonder onderwijs op de korrel te nemen, noch
de Wethouder van Onderwijs onaangenaam te zijn. Spreker wil
graag aannemen, dat zulks niet de bedoeling was, ofschoon bij
de K.V.P.-fractie de indruk bestond, dat dat wel het geval was.
Spreker heeft gezegd, dat met het samenstellen van commissies
rekening gehouden dient te worden met de reëele verhouding in de
Raad, waartegen echter het bezwaar is ingebracht dat men aldus
in strijd zou komen met het wezen der democratie. De vraag doet
zich voor of dit streven ondemocratisch is en wat hieronder wordt
verstaan. De K.V.P.-fractie is echter niet zo star om a tout prix
aan haar voorstellen te blijven vasthouden. Als voorbeelden kan
spreker hieromtrent aanhalen de Commissie voor de Wethouders
pensioenen en de Subsidiecommissie. Spreker heeft met belang
stelling geluisterd naar de suggesties van de heer Minderhoud. Naar
zijn mening verdienen ze nadere overweging. Spreker is van oor
deel, dat geen vaste lijn getrokken kan worden.
Over de a.s. feesten heeft hij niets gezegd. Het is ook moeilijk
daarover te spreken, aangezien de opvattingen in de Raad dwars
door de fracties heenlopen. Namens zijn fractie hoopt hij echter,
dat de feesten zullen slagen.
De Burgemeester is het hoofd van de Politie. Hij hoopt en ver
trouwt, dat bij de feesten zal blijken, dat de Burgemeester, als
hoofd van de Politie verantwoordelijk is voor de gang van zaken.
Spreker bedoelt hiermede, dat om zakelijke belangen niet gemar
chandeerd moet worden met de oude zedelijke waarden, die in deze
streek leven. Spreker wil het hoofd van de Politie op heb hart bin
den met deze waarden niet te marchanderen ten opzichte van de
vreemdelingen. Want, indien de feesten gekocht moeten worden ten
koste van bepaalde zedelijke waarden, dan worden ze te duur ge
kocht. Zo hoopt spreker, dat op de klederdracht de aandacht ge
vestigd zal blijven.
Ten aanzien van het vraagstuk over het gemengd zwemmen is
destijds beslist, dat nader beraad zou plaats vinden. Dit beraad is
nog niet afgesloten.
De heer JONGBLOED heeft respect voor de gemoedelijkheid,
waarmede de debatten in tweede instantie worden gehouden. Hij
hoopt deze gemoedelijkheid niet te verstoren. Ofschoon zijn fractie
zich met een bepaald standpunt niet kan verenigen, heeft ze toch
wel van haar goede bedoelingen blijk gegeven. Spreker wil graag
met de andere fracties medewerken mits men respect heeft voor