n otulen van de geheime ver gad ring van de Raad, gehouden bij de aanvang der ope» bare raadszitting on 5 Februari 1952 te 17.00 uur. wethouder MBYS zegt, dat de r-den, waarom de Raad voor deze geheime zitting is bijeen geroepen, betreft de stand van zaken betreffende de burgerzinlening. De inschrijvingatermijn loopt va-n 15 Januari tot 15 Februari 1952. (thans kan ongeveer reeds bezien v.-orden hoe het ver top d r inschrijvingen zal zijn, terwijl d uiteindelijke resultaten reeds bij benadering becijferd kun on worden. De inschrijvingster-. mij-1 duurt nog 10 dagen. In deze tijd zullen er nog wel inschrijvin gen binnenkomen maar betwijfeld wordt of deze laatste inschrijvingen een groot bedrag zullen opleveren. Spreker twijfelt hieraan in ver band met mededelingen, die terzake via pers en radio worden gedaan en on het publiek van invloed zijn. Het publiek behoeft zich wel •iet te late-, beïnvloed n maar het is snel in de verkeerde richting gesuggereerd; De meded -ling en van het Rijk moeten perse een ongun- stige invloed hebben. Zo is ook de mededeling, dat de 2j$% lening d r gemeente Utrecht geen doorgang vindt, voor het publiek reeds aanleiding onjuiste gevolg trekkingen te maken. Meerdere leningen zijn ingetrokken in ver-band met de aanwezigheid van het gevaar voor niet-wélslagen. Bij gerucht is vernomen, dat de Regering voornemens zou zijn in de rente en voor waarden wijziging te brengen, hetgeen aanleiding van geweest diverse leningen op te schorten. Het is geenszins de bedoeling van d Rege ring in het rentegamma wijziging te brengen, maar een rente van 4% te handhaven. Tha-s behoeft over de al of niet juistheid van dit standpunt niet g discnssieerd te worden. V/el is het de bedoeling over d in deze gemeente uitgeschreven burgerzinlening t spreken. Vermoedelijk zal de Regering een geringe verhoging van het renteper- centagelj n.1*1/4# toestaan, maar zulks zal alleen betrekking heb ben on leningen met een langere looptijd dan de onderhavige. Op de ze gronden zijn de inschrijvingen niet zo royaal binnengekomen als werd verwacht. Indien er gee- bijzond re maatregelen worden getroffen kan men thans reeds zeg en, dat de burgerzinlening zal mislukken. En dit zou het Co lege zeer onaangenaam vinden, zodat het maatrege len heeft overwogen, die de schijn naar buiten kunnen redden. Het Ooilege heeft dat gedaa omdat: 1. mislukking niet prettig is; 2. deze lening on de beurs niet erg in trek zal zijn, indien het minimum bedrag voor beursnotering slechts even overschreden zal worden, terwijl dit wel het geval zal zijn bij een ruime overte kening. De reservebedragen, die de gemeente niet meer nodig heeft voor dek king van tekorten van afgesloten dienstjaren noch voor het lopende dienstjaar, bestaa uit: 1. een na-uitkering uit het gemeentefonds over 1947 ten bedrage van F. 586.093,11 ©u 2. een na-uitkering wegens opbrengst d r ond rnemingsbelasting over 1950 ten bedrag- van F. 12 .150.- of in totaal F. 712.243,11. Het College stelt de Raad voor een gedeelte van deze reservebedragen tot een bedrag van F. 600.000.- voor de burgerzinlening te bestemmen en daarmee in te schrijven. Dit bedrag is gekozen, omdat: 1. dit eev afgerond bedrag is 2. F. 112.243,11 liquide blijft. De VOORZITTER zegt. dat thans voor ongeveer 5 ton is ingeschreven. Indien de gemeente met 6 ton deelneemt, dan wordt het eerste millioen overschreden. De heer JONGBLOED vindt het een vreemde figuur, dat de gemeente deel neemt in een lening, die ze zelf he ft uitgeschreven.; -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1952 | | pagina 614