72
17 JANUARI 1952
slagenen, die resp. 50 en 54 jaar oud zijn en die thans niet herplaats
baar zijn in gemeentedienst. Spreker kan de stellige verzekering
geven, dat deze aangelegenheid van het begin af nauwkeurig is be
keken en voor zover nodig nog steeds de aandacht van het college
heeft.
De wijze van ontslagaanzegging had inderdaad beter kunnen ge
schieden. Het college betreurt deze gang van zaken.
Enkele van de ontslagenen zijn inderdaad nog voor enkele maan
den bij het Gasbedrijf tewerk-gesteld. De werkzaamheden, welke
verband hielden met de stopzetting van de gasproductie, waren
echter vooraf niet te voorzien geweest. Spreker heeft nog doen na
gaan of betrokkenen voor langere tijd konden worden aangetrok
ken, doch dit bleek niet mogelijk.
De heer KOERTSHUIS heeft nog geen antwoord op zijn vraag,
waarom wel vaste, doch geen losse arbeiders werden ontslagen.
Wethouder ROMSOM meende, dat de heer Koertshuis hem wel had
kunnen begrijpen. Hij kan moeilijk thans hierop verder ingaan.
Zonder verdere beraadslaging wordt de begroting voor
het Gasbedrijf goedgekeurd en vastgesteld.
Begroting voor het Waterleidingbedrijf.
Zonder nadere bespreking wordt deze begroting goedge
keurd en vastgesteld.
Begroting voor de Leningsdienst.
De heer VERMEULEN is het opgevallen, dat sommige werken
nog niet zijn afgeschreven, ofschoon de betreffende objecten reeds
verdwenen zijn. In dergelijke gevallen moeten naar zijn mening de
activa worden afgeschreven; het lijkt hem onjuist, dat de activa wor
den geboekt, omdat de betreffende lening nog niet is afgelost. Hij
zou deze twee zaken willen scheiden.
De VOORZITTER zegt, dat de heer Vermeulen in principe gelijk
heeft. De voorgestelde boekingsmethode was echter begroting-tech
nisch dit jaar nog niet mogelijk. Het is wel de bedoeling daarnaar
te streven.
Zonder verdere beraadslaging wordt de begroting voor
de Leningsdienst goedgekeurd en vastgesteld.
Begroting voor de Gemeentelijke Crediet- en Voorschotbank.
Zonder nadere beraadslaging wordt deze begroting goed
gekeurd en vastgesteld.
Begroting voor het Gemeentelijk Woningbedrijf.
De heer DIRVEN is het college dankbaar voor het overzicht, dat
is verstrekt inzake de huurschuld van gemeentewoningen. Tot zijn
genoegen heeft hij geconstateerd, dat deze schuld reeds aanzienlijk
is verminderd. Hij waardeert de activiteit en hij hoopt, dat de be
moeienis in deze tot resultaat mag hebben, dat de schuld het vol
gend jaar geheel zal zijn verdwenen.
