140
20 MEI 1953
mondeling overleg tussen de winkeliers en het bedienend personeel.
Hij ziet daar echter weinig heil in. In een vorige bespreking is over
een aantal punten overeenstemming bereikt; maar er zijn ook en
kele zaken waarover de partijen het mogelijk nooit eens zullen wor
den. Hij betwijfelt daarom of het wel zin heeft nu te gaan praten.
Liever beveelt hij de Raad aan het voorstel van Burgemeester en
Wethouders te aanvaarden. Hij wijst er nog op, dat de ijsverkopers
des Zondags wel geopend zijn: het is niet duidelijk waarom de kin
deren wel een ijsje maar niet wat chocolade van hun zakgeld mogen
kopen. Deze versnaperingen koopt men nu eenmaal niet daags te
voren. a
De heer KAMPHUIJS is het geheel eens met de heer Kramers.
Inderdaad is men ten aanzien van de chocolade-winkeliers goed op
wegnaar een faillissement. Door het betreffende verbod op de
Zondag open te zijn hebben deze winkels hun omzet in zeer aan
zienlijke mate zien teruglopen.
De heer J. MOL onderstreept de woorden van de heer Wezenbeek.
De organisatie van de sigarenwinkeliers heeft in deze andere ver
langens dan die van de horeca-bedrijv'en. Deze kwestie is heus niet
zo eenvoudig als de heer Brinkerhof stelt.
De heer TOXOPEUS zegt het voorstel van Burgemeester en
Wethouders te zullen steunen.
De heer VAN GISBERGEN heeft er zich over verwonderd dat
Burgemeester en Wethouders ook niet met een gelijk voorstel zijn
gekomen voor de fruitwinkels.
Wethouder MEIJS herhaalt, dat ook Burgemeester en Wethou
ders in het algemeen voor de Zondagsheiliging zijn. Men kan echter
een bepaald principe ook te star willen doorvoeren, hetgeen de zaak
zelve geen goed doet.
Er heeft inderdaad een bespreking plaats gehad met de belang
hebbende groepen. Het schijnt, voor zover hij is ingelicht, niet in
dq bedoeling te liggen, dat ook de grote zaken gedurende de dagen,
waarop de Orangerie zal worden gehouden, des avonds worden open
gehouden, zodat gezegd kan worden, dat bij deze verlenging van de
openstelling der winkels betrekkelijk weinig personeel zal betrokken
zijn. Het gevraagde advies van de Arbeidsinspectie is nog niet ont
vangen. Spr. gelooft echter niet, dat dit advies een invloed zou kun
nen hebben op de bepaling van het standpunt in de zaak zelve. Daar
te verwachten is, dat alleen de winkels in de directe omgeving van
de straten, waar de Orangerie zal worden gehouden, tot 12 uur ge
opend zullen zijn, heeft het naar zijn mening weinig zin om in dit
opzicht bepaalde regelen te gaan vaststellen. Wanneer het ge
meentebestuur zou blijken, dat in de kringen van de fruithandelaren
een openstelling op Zondag gewenst wordt, zal dit zeker in over
weging worden genomen.
De VOORZITTER merkt op, dat een doeltreffende oplossing in
derdaad gevonden zou kunnen worden wanneer een orgaan van het
bedrijfsleven, waarin belanghebbenden vertegenwoordigd zijn, ter
zake een beslissing zou kunnen nemen. Thans echter kunnen de
belangen-groepen hun suggesties doen aan de raad, en deze is het
tot beslissen bevoegde orgaan.