148
20 MEI 1953
23b. Het garanderen van een aantal hypothecaire geldleningen
ten behoeve van particuliere woningbouw.
De heer JONGBLOED zou gaarne inzage hebben van de voor
waarden, welke de betreffende maatschappij bij credietverlening
stelt. Naar zijn mening zal de gemeente een garantie moeten geven
aan iedere toekomstige koper van elk gedeelte der flat, en elk be
sluit zal de afzonderlijke goedkeuring van gedeputeerde staten be
hoeven.
Wethouder MEIJS zegt namens het college, dat dit voorstel wordt
aangehouden omdat nog nadere onderhandeling'en worden gevoerd
met toekomstige kopers. Met de opmerking van de heer Jongbloed
zal rekening worden gehouden.
24. Voorschot op vacantieuitkering aan gemeentepersoneel.
De heer VAN DE NOORT geeft in overweging ook vacantietoe-
slag toe te kennen over de bezoldiging, die wordt ontvangen krach
tens de kinderbijslagwet.
De VOORZITTER merkt op, dat het thans een voorschot betreft
tot een gelijk bedrag als het vorig jaar is gegeven. De regeling, die
door het Rijk wordt getroffen, moet nog worden afgewacht.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
25. Crediet voor keuring van het gemeentepersoneel op t.b.c.
Mej. KOPPELAAR dankt voor de voortvarendheid, waarmede het
gemeentebestuur met dit voorstel is gekomen, mede naar aanleiding
van een in de vorige vergadering door haar gestelde vraag.
De heer VERHAAK geeft in overweging de keuring op te dragen
aan de S.O.T.U.
De VOORZITTER zegt deze suggestie in overweging te zullen
nemen.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
26. Voorzieningen aan de weegtoestellen in het Openbaar Slacht
huis.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
Wethouder MEIJS herinnert eraan, dat enige tijd geleden door de
raad een subsidie is verleend van 1000,aan de Bredase Carna
valsvereniging. Thans is een verzoek ontvangen om deze gelden ter
beschikking te stellen voor het zomer-carnaval. Dit is niet zonder
meer mogelijk, omdat toen bleek, dat het Carnaval in Februari geen
doorgang kon vinden, een ander subsidie is verleend, waarbij mede
in overweging is genomen, dat het subsidie aan de carnavalsvereni
ging niet meer nodig zou zijn. Dit tweede besluit van de raad tot
subsidieverlening is echter door Gedeputeerde Staten nog niet goed
gekeurd; het college heeft in deze zaak om nadere inlichtingen ge
vraagd. Anderzijds werd het eerste besluit wel goedgekeurd. Onder