17 JUNI 1953
163
Spreker hoopt dat binnenkort ook in v.m. Ginneken de verlichting'
een beurt zal krijgen; hij denkt hier aan het z.g. Broek.
Wethouder VAN HOUTEN merkt op, dat straatverlichting niet
bij de z.g. „onrendabele gebieden" ter sprake komt, daar heeft men
alleen te maken met de aansluiting van woningen. Hij merkt verder
op, dat de verlichting van de binnenstad dreigt achter te raken bij
de buitenwijken.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
7. Verhoging garantie-bijdragen aan het Borgstellingsfonds voor
Westelijk Noord-Brabant.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
8. Subsidie in het exploitatietekort 1953 van de werkplaats voor
minder-validen.
De heer VERMEULEN zegt, dat in het concept-besluit staat, dat
na 31 December 1953 een exploitatie-rekening moet worden overge
legd. Spreker zou gaarne zien dat een accountants-rapport zal moe
ten worden overgelegd.
De VOORZITTER vraagt de vorm van de exploitatie-rekening
over te laten aan Burgemeester en Wethouders. Als de exploitatie
rekening niet voldoende zekerheid geeft, kan altijd nog een accoun
tantsrapport worden gevraagd. Hij vindt het niet noodzakelijk om
dit in de voorwaarden op te nemen.
De heer BRINKERHOF zegt, dat de commissie van bijstand van
deze inrichting alles in het werk stelt om zoveel mogelijk werk te
trekken. Dit is echter ook alles wat de commissie mag doen. De
commissie heeft geen enkele medezeggenschap in deze werkinrich
ting. Spreker zou gaarne zien dat een gemeentelijke verordening
wordt vastgesteld, waarin meer bevoegdheid aan de commissie zal
worden gegeven.
De heer VAN BIJNEN zegt, dat de heer Vermeulen al een stapje
verder wil gaan dan Burgemeester en Wethouders en dat de heer
Brinkerhof nog veel verder wil. Spreker zou zover niet willen gaan.
Het is een particuliere inrichting met een aanzienlijk bedrag aan ge
meente-subsidie. Maar wanneer de tewerkgestelden in de overbrug
gingsregeling zouden komen, zou dit de gemeente ook een aanzien
lijk bedrag kosten. Spreker wil de commissie alleen zien als een
advies-commissie. Hij voelt er niets voor deze commissie meer be
voegdheid te geven.
De heer RATTINK merkt op, dat Burgemeester en Wethouders
in het voorstel zeggen, dat zij willen aandringen op een meer gedif
ferentieerde administratie. Spreker zou gaarne zien, dat het voeren
van een meer gedifferentieerde administratie gebiedend zou worden
voorgeschreven en mitsdien als voorwaarde zou worden opgenomen.
De heer KOERTSHUIS meent ook, dat, in verband met het aan
zienlijke subsidiebedrag, in de voorwaarden dient te worden aange
geven hoe de administratie moet geschieden.
