16
14 JANUARI 1953
20. Verkoop van grond in het Brabantpark aan de N.V. Gem.
Eigendom te 's-'Gravenhage.
Conform het voorstel wordt besloten.
21. Verkoop van grond gelegen aan het Mgr. Nolensplein aan
C. Eiich.
De heer MINDERHOUD heeft geen bezwaar tegen het voorstel.
Hij weet echter niet waar het plein gelegen is. Ook op de ter visie
gelegde tekening was het plein niet aangegeven.
Wethouder VAN HOUTEN zegt de namen Van alle straten niet
te kennen, doch het is voor hem wel duidelijk, dat dit plein gelegen
is nabij de Kerk in het Heuvelkwartier.
De VOORZITTER merkt op, dat de raad toch zelf de namen
aan de straten heeft gegeven.
Zr KOPPELAAR zegt met de nieuwbouw ter plaatse accoord te
gaan, doch zij verzoekt Burgemeester en Wethouders de bouw op
gelijk niveau te houden. Nu er ook winkels gebouwd zullen worden
vraagt zij hiervoor de bijzondere aandacht van Burgemeester en
Wethouders.
De VOORZITTER zegt toe dat een en ander aan de bebouwings
voorschriften zal worden getoetst.
Zonder verdere beraadslagingen wordt overeenkomstig
het voorstel besloten.
22. Verkoop van grond nabij de Heuvelstraat aan de Nederduitsch
Hervormde Gemeente te Princenhage.
De heer MINDERHOUD zegt, dat het huidige voorstel precies
hetzelfde is als het voorstel van 7 December. Hij wil daarom ver
wijzen naar hetgeen hij toen terzake heeft medegedeeld. Spreker
zegt, dat hem verteld is dat, in Verband met de exploitatieopzet van
de gronden, Gedeputeerde Staten lagere grondprijzen niet goedkeu
ren. Men adviseerde hem de grondprijs te accepteren en daarnaast
een subsidie aan te vragen. Hij is echter geen voorstander van sub
sidie, hij wil liever iets cadeau. Als er daarentegen subsidie gegeven
zal worden wil hij gaarne het Kerkbestuur aanraden subsidie aan
te vragen.
De heer BRINKERHOF is geschrokken van de mededeling van
de heer Minderhoud, dat de grond niet voor minder dan f 14,50 per
m2 mag worden verkocht. Destijds heeft de raad toch besloten om
de grond voor de R.K. Kerk voor f 9.- per m2 minder te verkopen.
Hij kan zich niet voorstellen, dat Gedeputeerde Staten een twee
ledige houding zullen aannemen. Hij wenst terzake wel opheldering.
De heer STUBENROUCH merkt op, dat de lagere grondprijs des
tijds bepaald is, omdat ter plaatse een kerk zou worden gebouwd.
Spreker vraagt zich af of er in het onderhavige geval wel van
een kerkgebouw sprake is. Hij zou wel graag willen weten of het
een verenigingsgebouw is waar des Zondags kerkdienst in gehou
den wordt, of dat het een kerkgebouw is, dat ook wel eens door
verenigingen wordt gebruikt.
