176
17 JUNI 1953
De heer WEZENBEEK vraagt of de schoonheidscommissie
nog bestaat. Dit in verband met het feit, dat gebouwen verrijzen
(b.v. Kantoor Ned. Heide Mij aan de Julianalaan) die niet in de
omgeving passen.
De heer BRAAKHUIS wijst op de verkeersmoeilijkheden in de
binnenstad. De fietsers versperren dikwijls de weg en veroorzaken
gevaar. Hij vraagt er nauwlettend op te doen toezien, dat niet
met meer dan twee rijwielen naast elkaar wordt gereden.
Hierna sluit de VOORZITTER de vergadering.
Voorzitter,